Groningse nachtburgemeester in gesprek met Kamerleden over nachtleven

nieuws
Foto: Joey Lameris - 112groningen.nl

De Groningse nachtburgemeester Merlijn Poolman gaat in gesprek met leden van de vaste commissie voor Onderwijs, Cultuur en Wetenschap van de Tweede Kamer. Tijdens het gesprek zal het gaan over het nachtleven dat het door de coronacrisis erg zwaar heeft.

Hoi Merlijn! Hoe is deze uitnodiging precies tot stand gekomen?
“Als nachtburgemeester werk ik samen met andere nachtburgemeesters uit het land, maar ook met organisaties uit de hele wereld aan een Global Nighttime Recovery Plan. Meer informatie kun je vinden op deze website. Samen werken we aan een methodiek hoe de overheid in deze coronatijd het nachtleven kan helpen en ondersteunen. Als onderdeel daarvan hebben we Tweede Kamerlid Peter Kwint (SP) geïnterviewd. Van een oud-nachtburgemeester van Nijmegen kreeg ik te horen dat het veel indruk heeft gemaakt op Kwint en dat er nu een uitnodiging ligt voor een digitaal rondetafelgesprek.”

Hoe belangrijk is dat precies?
“Nou, we kunnen nu in ieder geval vertellen en zeggen hoe de vlag er bij hangt. Ik weet nog niet welke Kamerleden in de commissie plaats gaan nemen. We gaan in ieder geval met verschillende mensen digitaal aan tafel. De informatie die de Kamerleden vergaren wordt meegenomen naar een debat op 23 november in de Tweede Kamer over dit onderwerp.”

Wat wil je in ieder geval aan de Kamerleden meegeven?
“Ik denk dat je je allereerst moet realiseren dat deze sector sinds maart al dicht is. Sinds de uitbraak van het coronavirus is de nachtsector in Groningen niet meer open geweest. De financiële positie is slecht en veel bedrijven hebben het moeilijk en weten niet of ze de winter door komen. De uitspraak van minister Wopke Hoekstra (CDA) van Financiën heeft ook niet echt geholpen. Die zei dat deze mensen in deze sector zich maar om moeten scholen. Maar zo makkelijk gaat dat niet. Het belang van de nacht willen we meenemen in het gesprek. Maar ook dat de nacht veel heeft gebracht. In andere landen zie je dat er veel meer waardering voor is. In landen als Denemarken, andere Scandinavische landen maar ook Duitsland, daar wordt het gerekend tot belangrijk cultureel erfgoed en heeft het dezelfde status als het Operahuis.”

Als we specifiek kijken naar het Groningse nachtleven. Hoe staat dat er nu voor?
“Heel lastig. Stel je voor dat jij een horecazaak bent en dat je nu in deze periode besluit om pizza’s te verkopen. Dan worden die opbrengsten van je steunpakket gehaald. Ondernemers in deze sector worden eigenlijk gedwongen om maar niks te gaan doen. Als ik met de mensen praat dan overheerst de moedeloosheid. Ze weten niet waar ze het moeten zoeken. Ze gaan er ook vanuit dat ze tot half januari niks kunnen. Het verschil met de situatie in maart is ook dat in het begin huurbazen heel coulant waren. Die coulance is nu weg.”

Als er niks gebeurt … wat is dan het risico?
“Als er geen steun komt dan gaan eigenzinnige horecabedrijven omvallen. Dat zijn bedrijven die geen onderdeel zijn van grote ketens. Het zijn bedrijven die je dus alleen in Groningen vindt. De vrijgekomen plekken zullen door de huurbazen makkelijk ingevuld gaan worden als appartementengebouw of een andere functie. Maar realiseer je goed dat als eenmaal zo’n eigenzinnig bedrijf weg is, ze nooit weer terug komen.”