Nat voorjaar nekt boeren: “Later zaaien heeft gevolgen voor de oogst en uiteindelijk ook voor het aanbod”

nieuws
Foto: Sebastiaan Scheffer

Het is een uitzonderlijk nat voorjaar. En dat heeft gevolgen voor de boeren. Waar normaal gesproken aardappels en groenten al gezaaid hadden moeten zijn, moet er nu nog veel werk verzet worden.

“Ik denk dat we op dit moment ongeveer tachtig procent van de gewassen in de grond hebben”, vertelt Vera van Zanten. Samen met haar man runt zij een biologisch akkerbouwbedrijf in Garmerwolde. “Het is nu halverwege mei, en we hadden al klaar moeten zijn. Alles had toch zeker al twee weken in de grond moeten zitten. Maar doordat het zo nat is kunnen we niet op het land werken. En de gevolgen laten zich raden: producten die later de grond in gaan, die zullen bij de oogst minder op gaan leveren.”

Willard Wigboldus: “Er is meer nodig om hetzelfde te bereiken”
Dat wordt beaamd door Willard Wilgboldus. Wigboldus runt samen met zijn broer een melkveebedrijf in Garmerwolde. “Je hebt het over schaarste. Doordat producten minder lang in de grond zitten kunnen ze minder lang groeien. Dus als we bijvoorbeeld kijken naar aardappels. Vorig jaar had je voor tien kilo aardappels ongeveer veertig aardappels nodig. Dit jaar zul je vijftig aardappels nodig hebben om op hetzelfde gewicht te komen. Dus er is meer nodig om hetzelfde te bereiken. Meer betekent een grotere vraag, dus ja, ik verwacht dat de prijzen dit najaar hoger zullen komen te liggen. Afgezien nog van de inflatie die natuurlijk ook speelt.”

“Gras staat nu tot op kniehoogte”
Bij de familie Wigboldus zijn echter geen aardappelen te vinden. “Maar ook wij hebben last van het natte voorjaar. Ik kijk nu uit op onze graslanden. Normaal maaien wij als het gras op scheenhoogte staat. Maar inmiddels staat het gras tot op kniehoogte. Het is te nat om nu het land op te gaan. En de mensen die nu zeggen dat het vandaag mooi weer is. Ja, dat klopt. Het is prachtig weer. Maar het moet echt een aantal dagen droog zijn voor je het land op kunt met zwaar materieel.”

“Als gras langer staat, zit er minder eiwit in”
Het later maaien heeft ook gevolgen. Wigboldus: “Je hebt het over de kwaliteit van het gras. Als het gras langer staat, dan zit er minder eiwit in het gras. Het gras wordt ook houterig. Beschouw het als oud gras. Jong gras bevat veel eiwit. Wanneer een koe jong gras eet, dan betekent het ook veel eiwit in de melk. En op basis van de hoeveelheid eiwitten in de melk worden wij weer betaald. Dus voor ons is dit een belangrijk aspect. Het enige voordeel is dat er minder dierenartskosten gemaakt hoeven te worden. Koeien zijn gevoelig voor jong gras waardoor ze ziek kunnen worden. Dat is dus nu niet aan de orde.”

Recordnat voorjaar
In Nederland is er sprake van een erg nat voorjaar. Afgelopen week bedroeg de gemiddelde neerslagsom 203 millimeter. Daarmee werd het record uit 1903 verbroken, toen viel er tot 10 mei landelijk 202 millimeter neerslag. Sinds ruim 150 jaar geleden in Nederland begonnen werd met het bijhouden van de neerslagmetingen, is de lente nog nooit zo nat geweest.

“Natuur compenseert zich ook altijd weer”
Wigboldus: “Het is een behoorlijk gekkenhuis in de sector. Bij ons wordt het gras gemaaid door een loonwerker. Gisteren had ik hem aan de lijn. Hij vertelde dat er constant boeren aan de lijn hangen. Wel maaien, toch weer niet maaien. De planning is heel chaotisch en heel druk. Aan de andere kant. We hebben het nu over een extreem laat voorjaar waarin we aan de slag kunnen. Zulke situaties hebben we in het verleden vaker gehad. We weten ook dat de natuur zich altijd wel weer compenseert.”

Erwin Bijman: “Hoe is de drainage?”
In Ten Boer runt Erwin Bijman een melkveehouderij: “Ik heb inmiddels de eerste snee gras van het land. Qua natheid viel het mij mee. Sommige plekken op het land waren wel natter dan op andere plekken, maar nergens zijn er diepe sporen in het land ontstaan. Maar de verschillen zijn groot. Het heeft ook met de drainage van je land te maken. Hoe snel kun je het land op als er een drogere periode is? Als de drainage slecht is, dan kan het nu nog niet, en dan zit je met de gebakken peren. Vorige week was wat mij betreft het moment dat er gemaaid kon worden. Mocht er nu nog gemaaid moeten gaan worden, dan is het nog niet te laat, maar de kwaliteit van het gras is dan wel iets minder goed.”

“Bijvoeren”
Dat er nu later gemaaid kan worden heeft volgens Bijman ook gevolgen: “Je zult de dieren bij moeten voeren. Dan kun je doen door productiebrok, of door maïs. Maar je zult bij moeten sturen. Maar dat heeft wel gevolgen. Je zult dan voer moeten inkopen wat natuurlijk geld kost. Terwijl het eigenlijk in deze tijd gewoon van je land zou moeten komen. Wel denk ik dat de akkerbouwers hier veel scherper op zitten. Die zijn op dit moment nog meer bezig met neerslag en droogte dan dat wij dat als melkveebedrijven doen.”

Jan Geert Veldman: “Koeien kunnen nog niet naar buiten”
In Noordlaren heeft Jan Geert Veldman een akkerbouwbedrijf. “Ik mag niet mopperen. Wij zitten hier wat hoger dan in de rest van de provincie, en dan is het toch wel een voordeel dat je hier op de Hondsrug zit. De bieten komen hier ondertussen naar boven, en ook met de maïs gaat het goed. Het enige waar ik aan merk dat het nat is, is dat de koeien nog niet naar buiten kunnen. Het land is veel te nat, dus de dieren staan nog onder dak.”

“Het gaat de verkeerde kant op”
Toch erkent Veldman het probleem: “Wij hebben geluk gehad. Afgelopen week was er een grote wolkbreuk. Ik reed langs Kolham en zag dat een land flink onder water stond. De gezaaide uien waren zelfs vrijgespoeld. Ja, dat wordt niks meer. En dat hoor ik ook van collega’s. Er zijn boeren die zeggen, het is nu halverwege mei, ik hoef bepaalde producten niet meer te zaaien, het is gewoon te laat. Het heeft geen zin meer. En dat gaan we absoluut later dit jaar merken in de supermarkten. Het aanbod zal kariger zijn. Sowieso gaat het de verkeerde kant op. Als je ziet hoeveel mooie landbouwgrond nu gebruikt wordt voor zonne-energie, dan denk ik. Waar zijn we mee bezig? We hebben toch een bepaalde verantwoording naar de wereld? Er moet toch genoeg eten geproduceerd blijven worden?”