Nu al meer klachten bij ombudsman uit aardbevingsgebied dan heel vorig jaar

nieuws

Het aantal klachten van inwoners van het aardbevingsgebied in Groningen bij de Nationale ombudsman is dit jaar flink toegenomen. Dat stelt ombudsman Reinier van Zutphen in het rapport ‘beloftes maken schuld’, wat dinsdagochtend werd gepubliceerd.

Tussen januari en juli van dit jaar ontving de ombudsman 386 klachten van burgers. Over heel 2021 waren dat slechts 236 klachten. “Ondanks goede bedoelingen van de overheid gaat het niet goed”, stelt Van Zutphen. “We krijgen nu in een half jaar meer klachten dan over heel vorig jaar. Dat is teleurstellend.”

Volgens Van Zutphen kan een deel van de verhoging worden verklaard door een piek in klachten over de regeling woningverbetering en -verduurzaming: “Maar zelfs als we deze klachten niet meerekenen, zien we nog steeds een forse stijging. Dit is niet meer uitlegbaar aan alle mensen die al jaren in de zorgen leven. De overheid moet werk maken van haar beloftes.”

Volgens de ombudsman lopen nog te veel mensen vast in het schadeproces. Gebrekkige communicatie, te formele en inflexibele schadeafhandeling en onbegrip over het toepassingsgebied van verschillende regelingen zijn aan de orde van de dag, aldus de ombudsman. Ook ziet Van Zutphen dat veel betrokken organisaties de gevolgen van administratie- of uitvoeringsfouten en problemen neerleggen bij bewoners.

Van Zutphen benadrukt in zijn adviezen en aandachtspunten samenwerking, communicatie en zorgvuldigheid in het creëren van verwachtingen en doen van beloftes: “Het is de hoogste tijd voor actie. Gezinnen leven al jaren in onzekerheid. De impact op kinderen en jongeren is enorm en zij groeien maar één keer op. Deze tijd krijgen zij niet meer terug en dus moeten zaken snel en goed afgehandeld worden. Bestuurders moeten de daad bij het woord voegen en eerlijk zijn over wat er wel en niet haalbaar is. Niemand zit te wachten op beloftes die in de praktijk niet waargemaakt kunnen worden. Er is veel beloofd. Nu is het tijd voor actie. De burger kan niet langer wachten.”