Demissionair staatssecretaris Thierry Aartsen (VVD) had tot maandag de tijd om meer duidelijkheid te geven over het sprinterdiensten op de trajecten Zwolle–Groningen en Zwolle–Leeuwarden. Deze trajecten worden nu door de NS gereden, maar worden mogelijk door Arriva overgenomen. Aartsen heeft in een brief aan de Tweede Kamer laten weten, meer tijd nodig te hebben.
Arriva ging eerder dit jaar in beroep tegen de herverdeling van de zogenoemde Noordelijke Lijnen, die bepalen welke vervoerder waar mag rijden tot 2033. De belangrijkste spoorlijnen zijn aan de NS gegund, waar Arriva het niet mee eens is. De vervoerder wil zelf op de bovengenoemde trajecten rijden en vind dat het ministerie zonder goed overleg een beslissing heeft genomen.
Een bestuursrechter stelde Arriva in het gelijk. Het ministerie van Infrastructuur en Waterstaat was tot de conclusie gekomen dat Arriva niet in staat was om op de trajecten te verzorgen, maar de rechter vond dit niet bewezen. Daarom moest Aartsen per direct weer aan de onderhandeltafel met Arriva. De demissionair staatssecretaris had tot 8 december de tijd om te onderhandelen.
Te weinig tijd
Zowel de staatssecretaris als Arriva hebben aangegeven dat ze niet genoeg tijd hebben gehad om te onderhandelen. In de brief aan de Tweede Kamer schrijft Aartsen dat er de afgelopen periode gesprekken zijn gevoerd met Arriva, maar dat deze nog niet zijn afgerond. Daarnaast moeten er ook nog gesprekken worden gevoerd met andere partijen, zoals de provincies, ProRail, NS en reizigersvereniging Rover.
Wat de huidige stand van zaken is, is niet duidelijk. De betrokken partijen hopen zo snel mogelijk tot een conclusie te komen. Het is ook niet duidelijk wanneer dit zal zijn.