
De gemeente Groningen heeft samen met andere Groningse gemeenten en de provincie het convenant cultuureducatie getekend. De overeenkomst moet zorgen voor een betere culturele ontwikkeling van kinderen, zowel binnen als buiten school.
Het is voor het eerst dat gemeenten en de provincie hun samenwerking voor cultuureducatie op deze manier hebben vastgelegd. In de overeenkomst staan afspraken over het stimuleren van goed cultuuronderwijs; zoals lessen in literatuur, theater, media en erfgoed.
Overleg met scholen en cultureel veld
Volgens Marieke Vegt, directeur van stichting Kunst & Cultuur (K&C), hebben schoolvakken als taal en rekenen op dit moment de meeste prioriteit. Terwijl kunst en cultuur steeds meer naar de achtergrond verdwijnen.
“Cultuureducatie raakt juist een ander wezenlijk deel van de ontwikkeling van kinderen; het zorgt ervoor dat kinderen creatief en kritisch leren denken. Door op jonge leeftijd met kunst en cultuur kennis te maken, leren kinderen over de wereld waarin wij leven en hoe zij zich verhouden tot die wereld”, vertelt Natascha van ’t Hooft, woordvoerder namens de gemeente Groningen.
Drukte op school
Vegt ziet dat het onderwijs moeite heeft met de werkdruk: “Er wordt steeds meer gevraagd van het onderwijs. Leerkrachten moeten zich nu bezighouden met steeds meer maatschappelijke onderwerpen.”
Om te zorgen dat kinderen toch nog in contact kunnen komen met de culturele sector, ziet Vegt een oplossing: “Als kinderen moeite hebben met taal, laat ze dan werken met zangteksten. Voor burgerschap kunnen ze naar het theater, zodat ze met respect leren communiceren.”
Daarnaast geeft de stichting aan dat initiatieven als een culturele safari of Filmhub Noord de cultuurontwikkeling van kinderen toejuichen.
Hoop voor de toekomst
Stichting K&C organiseert in samenwerking met VRIJDAG en het Forum veel activiteiten om kinderen kennis te laten maken met de culturele wereld. Scholen krijgen daarnaast de mogelijkheid om muziek-, theater- en kunstlessen samen te voegen in het programma.
Niet alleen activiteiten moeten bijdragen om cultuuronderwijs mogelijk te maken, besluit Vegt: “Leraren krijgen trainingen om cultuur meer te betrekken bij het onderwijs, wat ervoor zorgt dat de kwaliteit van cultuureducatie in de klas verbetert.”