Gerrit Krolbrugcomité: “Op het Stadhuis overheerst een verouderde bestuurscultuur”

nieuws
Foto: Rick ten Cate - tencatefotografie.nl

Op het Stadhuis overheerst een verouderde bestuurscultuur. Dat schrijft het Gerrit Krolbrugcomité in een evaluatie nadat de gemeenteraad onlangs instemde met een hoge variant.

Het Comité maakt tegelijkertijd ook bekend dat het politieke en juridische vervolgstappen wil gaan onderzoeken. Ook laat het weten niet mee te willen denken over de verfraaiing van de brug of de tijdelijke vervanging er van. Onlangs stemde de Groningse gemeenteraad in met het voorstel van het Stadsbestuur om de Gerrit Krolbrug te vervangen door een 4,5 meter hoge brug. Het Comité, gesteund door duizenden inwoners en verschillende belangengroepen, hebben altijd gepleit voor de bewonersvariant die ongeveer 3 meter hoog is. Deze variant zou veiliger en toegankelijker zijn voor de vele fietsers en voetgangers die dagelijks van de verbinding gebruik maken.

“Beslissingen zijn het resultaat van een bijna automatisch ontrollend politiek proces”
Na het besluit is het Gerrit Krolbrug Comité begonnen aan een evaluatie. Want hoe kan het dat de raadsleden de bewonersvariant vorig jaar zo graag op de agenda wilden hebben, werd er raadbreed gestemd voor een motie voor een lage brug en waren de contacten met de raadsleden hartverwarmend. Volgens het Comité komt het door een verouderde bestuurscultuur die op het Stadhuis overheerst: “Daarin worden beslissingen uiteindelijk niet genomen op basis van argumenten, maar zijn ze het resultaat van een zich bijna automatisch ontrollend politiek proces. In zo’n proces is bepalend wat er aan het begin in wordt gestopt: dat komt er aan het eind uit”, zegt Chris van Malkenhorst van het Gerrit Krolbrug Comité.

Voorspelbaar scenario
Het Comité zegt dat ‘oude bestuurscultuur’ een abstract begrip is, ook voor bestuurders die er mogelijk een rol in spelen. “De besluitvorming over de Gerrit Krolbrug is een goed voorbeeld. Het begon zo mooi, maar uiteindelijk bleek de keuze voor een hoge brug toch volgens een voorspelbaar scenario te zijn verlopen. Eind vorig jaar nog hielden gemeenteraad en Kamer de minister voor dat de bewonersvariant moest worden uitgewerkt. Een motie drong raadsbreed aan op een lage brug. Laag, want de brug vormde een belangrijke dagelijkse verbinding voor heel veel langzaam verkeer en moest ingepast worden in een dicht bewoond gebied. Draagvlak was belangrijk. Hartverwarmende contacten met raadsleden van coalitie en oppositie versterkten onze verwachtingen. Tot voor kort. Zonder dat er nieuwe inzichten op tafel kwamen, koos de gemeenteraad toch voor een hoge brug. Hoe kan dat?”

Tekst gaat verder onder de foto

Een maand geleden werd er door het Comité een petitie aangeboden aan de gemeenteraad. Foto: Rieks Oijnhausen

“Besluitvorming is niet bepaald door feiten, maar door veronderstellingen”
“Om die draai te begrijpen, moeten we niet naar de argumenten kijken. Ook voor wie er onbevooroordeeld naar kijkt, is aangetoond dat een hoge brug er niet voor zorgt dat fietsers minder vaak voor de brug moeten wachten. En zelfs als het wel zo zou zijn: de gemiddelde bruggebruiker vindt het geen bezwaar. Als het om de veiligheid en het comfort van het langzame brugverkeer gaat, zien we dat de argumenten van de Fietsersbond en Toegankelijk Groningen niet gehoord werden. Dat de brughoogte niet relevant is voor een veilige scheepvaart werd ook genegeerd. De argumenten deden er ook niet toe. De besluitvorming is niet bepaald door feiten maar door veronderstellingen.”

Mechanisme
“Die zijn afkomstig van Rijkswaterstaat en zijn al in het begin van het traject omarmd door de betrokken gemeentelijke dienst. De wethouder die de brug in portefeuille heeft, is daar eerst passief, maar uiteindelijk actief in mee gegaan. Daarna treedt het mechanisme in werking dat de collega-wethouders niet tegen de eerstverantwoordelijke wethouder ingaan, waarna de collegepartijen niet tegen hun college ingaan. Oude bestuurscultuur bij uitstek. De noodzakelijke tegenspraak ontbrak.”

Raad: “Wij gaan af op wat het college zegt”
“Die tegenspraak moest van buiten komen, van ons comité en zijn organisaties. We kwamen met een bruikbaar, breed gedragen alternatief én met serieuze weerleggingen van wat Rijkswaterstaat voorspiegelde. Maar voor een raadsmeerderheid telde dat niet, want, citaat, “Wij gaan af op wat het college zegt” of “We beschouwen dit als een gegeven”, waarmee een kostbare bochtverruiming de besluitvorming in werd gerommeld. De laatste schakel in de tegenmacht, de controlerende taak van de raad, viel weg. Fnuikend voor de kwaliteit van besluitvorming.”

Grens aan roofbouw
Met het onderzoeken van politieke en juridische vervolgstappen hoopt het Comité de beslissing wellicht ten halve te keren, zonder ten hele te dwalen. Daarna houdt het voor het Comité op, omdat er een grens is aan de roofbouw die je kunt plegen op betrokkenheid. Wel wordt iedereen opgeroepen om zelf actief te worden voor een veilige inrichting van de brug en de omgeving. Bewonersorganisaties zullen ondersteunen waar nodig. En het Comité heeft nog een tip voor iedereen die in actie komt: “Leg vooraf vast waarover te praten valt, bijvoorbeeld wel of niet een rotonde, toch een bredere brug, toch een pure fietsbrug? Voorkom dat participatie een bestuurlijk speeltje wordt.”