Vertrek dreigt voor Bevrijdingsmuseum Ulgersmaweg

Het Bevrijdingsmuseum dreigt te moeten vertrekken uit haar pand aan de Ulgersmaweg. De gemeente wil dat er vanaf 2019 jaarlijks zestigduizend euro aan huur gaat worden betaald, maar het museum zegt dit niet te kunnen betalen.

“We zijn hier in 2008 gekomen”, vertelt Heiko Ates van het Canadian Allied Forces. “Deze loods stond toen al ruim tien jaar leeg, en van de gemeente mocht ik hier als een soort van anti-kraak intrekken. De afgelopen jaren heb ik het met mijn eigen geld verbouwd, tot het museum wat het nu is.” En dat museum is indrukwekkend. Van een tank tot Amerikaanse legerwagens, en van een twee motorig-verkenningsvliegtuig tot diverse militaire gebruiksvoorwerpen. “We zijn uitgegroeid tot het grootste militaire museum in het Noorden, en eigenlijk wil ik hier heel graag blijven.”

Geld voor huur is er niet
Wethouder Roeland van der Schaaf (PvdA) is op de hoogte van die wens. “Echter hebben we in 2008 afgesproken dat het gebruiken van deze loods voor een periode van tien jaar zou zijn.” Langer blijven is daarbij een optie maar dan moet er jaarlijks wel zestigduizend euro aan huur betaald worden. “Dat geld is er niet”, zegt Ates. “We krijgen geen subsidie en hebben geen andere inkomsten. Dankzij giften kunnen we nu ongeveer quitte draaien, maar een huursom van vijfduizend euro per maand kunnen we niet opbrengen.”

“Deel van de collectie zal verkocht moeten worden”
Tot 1 januari 2019 mag het museum gebruik maken van de ruim drieduizend vierkante meter. “Mochten de plannen doorgaan dan betekent het dat we in 2018 de deuren al moeten sluiten. Er staan hier zoveel spullen en materialen dat we maanden bezig zijn om alles te verhuizen, en waarschijnlijk zullen we ook een deel van de collectie moeten verkopen, omdat we niet alles op andere plekken kunnen stallen.”

Van der Schaaf geeft aan dat er momenteel gesprekken gevoerd worden met de stichting die het museum runt. “We hebben ontzettend veel waardering voor het werk wat meneer Ates verzet heeft, en wat er te zien is in het museum, en we hopen daarom tot een goede oplossing te komen.”