
De achtste editie van de Noordelijke Zadenmarkt, die zaterdag plaatsvond op het Suikerunieterrein, is een succes geworden. Volgens Harry Hummel trok de dag zo’n tweeduizend bezoekers.
Hoi Harry! Hoe kijk je terug op de dag van gisteren?
“Het was fantastisch. Als organisatie kunnen we zeggen dat het een erg groot succes is geworden. Van tevoren was het wel even spannend. In vergelijking met vorig jaar hebben we de markt dit jaar wat eerder in het seizoen gehouden. We hadden daarom twee scenario’s voorbereid: een goed en een slecht weer programma. Maar het was gisteren stralend mooi voorjaarsweer. Die omstandigheden, met de combinatie dat mensen echt de lente in de bol hadden, zorgden voor een mooie dag.”
Jullie zadenmarkt bestond uit verschillende onderdelen…
“Klopt. We hadden verschillende lezingen. In vergelijking met eerdere edities werden die lezingen dit jaar beter gevonden. Ook hadden we een zadenruiltafel waar er dus zaden geruild konden worden. Na afloop sprak ik met een mevrouw die bij deze kraam geholpen had, en zij was onder de indruk van de kennis die bezoekers hadden. Mensen wisten heel goed wat ze kwamen brengen en waren ook goed op de hoogte hoe ze zaad moeten vermeerderen. En we hadden een groot aantal kramen staan. Zo hadden we een kraam die zich specifiek richtte op wormen. Bij zaden kun je denken aan zaaien en oogsten, maar ook de bodemcultuur is een belangrijk onderdeel.”
Hoe is de grote belangstelling te verklaren? Kunnen we spreken van een ommekeer qua denken?
“Wat er denk ik speelt is dat mensen bewuster zijn geworden van de zaadsoevereiniteit. Daarmee bedoel ik dat we zelf willen kiezen wat we eten, en dat daar ook veel bewustwording om heen hangt. Ik maak een vergelijking met de groentewinkels. In de jaren negentig, toen ik in Groningen studeerde, had je in de binnenstad zeker een stuk of twaalf groentewinkels. Die zijn er niet meer. Dat is overgenomen door supermarkten, waarbij deze ketens beslissen wat we eten en waar het vandaan komt. Hetzelfde zie je ook gebeuren bij de zadenbanken. Dit komt in handen van grote partijen, waarmee je de soevereiniteit weg geeft.”
Mensen willen als het ware meer zeggenschap over wat ze eten?
“Ja. Dat komt bijvoorbeeld ook door bepaalde groenten die door de jaren heen nergens meer te verkrijgen zijn. Oudere mensen kennen ze nog wel, maar ze zijn niet meer te koop. Dat is een onderdeel. Maar wat ook meespeelt is de voedselzekerheid. Is er genoeg voedsel voor iedereen? Mensen maken zich daar zorgen over. En die bewustwording, dat zorgt dat er op een hele andere manier gedacht wordt.”
Bij zaden gaat het uiteraard om bijvoorbeeld groenten. Maar het gaat ook over planten. Zie je daar diezelfde bewustwording?
“Mensen worden bewuster van de natuur. Ook omdat mensen te maken krijgen met teleurstellingen. Nog niet zo lang geleden was er op de landelijke televisie aandacht voor planten die gekocht waren bij een bouwmarkt. Mensen dachten dat ze een goede en verstandige keuze hadden gemaakt, maar de planten bleken niet inheems te zijn en er bleek gif op te zitten. Wat wij merken is dat mensen meer controle willen hebben, ook omdat ze weten dat het samenspel tussen planten, groenten en de insecten die als bestuiver fungeren, cruciaal is.”
In hoeverre was er op de zadenmarkt aandacht voor de planten die bijvoorbeeld in je tuin staan?
“We hadden verschillende lezingen over dit thema. Eén van de lezingen ging bijvoorbeeld over nachttuinen. De illusie bestaat dat als wij slapen, dat alles slaapt. Maar dat is niet zo. Er zijn genoeg insecten die juist ’s nachts op pad zijn. Daarom is het belangrijk om in tuinen aandacht te hebben voor het nachtleven. En we hadden een lezing die specifiek over de bloesemboog ging. Daarmee wordt bedoeld dat je seizoensrond bloeiende planten in je tuin hebt staan, zodat insecten het hele seizoen te kust en te keur kunnen.”
Wat zijn jullie verdere doelstellingen?
“Deze markt is onderdeel van een groter plan. Waar we mee aan de slag willen is beleving. Sanne Meijer van Gronings Toentje is momenteel bezig met het ophalen van verhalen rond groenten. Dan gaat het bijvoorbeeld over groentes die verdwenen zijn. Ik ben opgegroeid in het oosten van de provincie. Op een dag at ik bij een vriendje, waar ze bonen op tafel hadden staan. Stamslabonen van Hinrichs Riesen. Ik had nog nooit zo lekker gegeten. Ik kwam die avond thuis, vertelde het verhaal, en mijn vader heeft toen zaden geregeld waardoor wij daarna ook die heerlijke bonen op tafel hadden staan. Deze verhalen worden verzameld en zullen in mei tijdens een verhalenavond worden gedeeld.”
Je vertelde zojuist ook over groenten die verdwenen zijn. Willen jullie daar ook iets mee doen?
“Absoluut. Wat we willen gaan doen is dat we groenten terug gaan halen en willen gaan vermeerderen zodat er een levende zadenbank gaat ontstaan. Ik noem bijvoorbeeld de ‘vroege Groninger spitskool’. Die bestaat niet meer. Het Levend Archief, de nationale zadenbank, heeft deze zaden nog wel. Deze zaden hebben we onlangs opgevraagd waarbij we afgelopen week er tweehonderd, vanuit een vriezer, toegestuurd hebben gekregen.”
Wat willen jullie er mee gaan doen?
“Enerzijds willen we het aantal zaden gaan vermeerderen, zodat ze verspreid kunnen worden. Anderzijds willen we het uitplanten bij tuinders, waarbij dit uiteindelijk moet gaan leiden tot een klein oogstfeest. Dus het gaat dit jaar om meerdere doelen. Een verhalencafé dat leidt tot beleving en bewustwording, het terugbrengen van de ‘vroege Groninger spitskool’ en we willen een excursie naar Duitsland organiseren, waar ze veel bewuster omgaan met oudere groenten.”
En zouden jullie dan uiteindelijk weer terug willen naar verschillende groentewinkels in de binnenstad?
“Ja, maar of dat haalbaar is, dat weten we niet. Wel lijkt het ons heel goed om een coöperatieve supermarkt te beginnen. Tegenwoordig worden supermarkten, met hand- en zelfscankassa’s steeds onpersoonlijker en waarbij je dus overgeleverd bent aan de keuzes die supermarktbazen voor je maken. Wij zouden weer die supermarkt willen hebben waar er plek is voor die ‘vroege Groninger spitskool’ en andere groenten die veel mensen niet meer kennen. Als Noordelijke Zadenmarkt hebben wij dit opgepakt in deze regio, maar het is heel mooi om te vernemen dat er in andere regio’s ook interesse is. En dat is goed, want samen sta je veel sterker.”
De Noordelijke Zadenmarkt werd georganiseerd door het Noordelijke Zadennetwerk, de Natuur- en Milieufederatie, Stichting Groninger Voedseltuinen en Terra. Deze editie was mogelijk door financiële bijdragen van de provincie, de gemeente, Emmapleinfoundation, de Suikerzijde, Dura Vermeer en Grunndak.