De Boo doet alles goed op 1.000 meter, maar Stolz is nipt sneller

sport
Jenning de Boo - Foto via Gemeente Groningen

Jenning de Boo is in de nacht van zaterdag op zondag tweede geworden op de 1.000 meter op de wereldbekerwedstrijd in het Canadese Calgary. Hoewel De Boo een uitstekende race reed, was Jordan Stolz net iets sneller..

Het publiek in de Olympic Oval werd getrakteerd op een ware thriller. In de achtste rit nam De Boo het op tegen Marten Liiv uit Estland. De 21-jarige schaatser begon sterk en legde de eerste tweehonderd meter af in 16.06. In de daaropvolgende volle ronde haalde hij een snelheid van 61,7 kilometer per uur. Bij zeshonderd meter kwam De Boo door in 39.98, waarbij hij de ronde reed in 23,9 seconden. Nooit eerder werd er in het schaatsen een ronde van 23,9 gereden. Uiteindelijk finishte De Boo in 01.06.05: een Nederlands record. Liiv finishte in 01.07.14.

Nuis derde
In de laatste rit nam Stolz het op tegen Kjeld Nuis. Stolz opende in 16.01, waarbij hij nipt sneller was dan De Boo. In een ronde van 24.21 legde Stolz de zeshonderd meter af in 40.22. De Amerikaan, die al het hele seizoen oppermachtig is, finishte uiteindelijk in 01.05.91. Daarmee vestigde hij een nieuw baanrecord. Nuis finishte in 01.06.73 waarmee hij derde werd op de afstand.

Jenning de Boo: “Bijna magisch”
De Boo liet na afloop voor de NOS-camera weten tevreden te zijn: “Ik ben echt nog aan het bijkomen. Na de race had ik het gevoel dat ik zo ongeveer knock-out ging door zuurstoftekort.” Dat De Boo de snelste ronde ooit heeft gereden was nog niet ingedaald. “Oh, wat mooi! Daar verbaas ik mij extreem mee. Dat ik hier zo hard kan rijden, is bijna magisch. Ik moet nog werken aan mijn slotronde. Dan kan ik Stolz pakken. De Amerikaan heeft een geweldig slot. Dat is echt iets waar ik bezig mee moet.”

“Weinig harde wedstrijden op hooglandbanen gereden”
De Groningse schaatser, die enkele dagen geleden 21 jaar werd, liet weten vooraf erg zenuwachtig te zijn geweest. “Dit is een hooglandbaan. Ik heb nog maar weinig echt harde wedstrijden op hooglandbanen gereden. Je kunt op deze baan heel hard rijden. Maar dat kan ook tegen je werken.” Zondagavond wacht de vijfhonderd meter. “Daar heb ik heel veel zin in. Ik zal er voor gaan.”