Kijken naar duizenden lichtjes aan de hemel: “Met Saturnus heb ik een speciale band”

nieuws
Foto: Matthijs de Vries

Het was zondagavond waarschijnlijk de laatste kans deze zomer om de Melkweg te bekijken. Bij het uitkijkpunt Ezumakeeg Noord in het Lauwersmeergebied verzamelden zich vijftien mensen, om samen met sterrenkundige Jeffrey Bout uit de stad naar de hemel te kijken.

“Ik parkeerde mijn auto rond 23.00 uur op het parkeerterrein bij het uitkijkpunt”, vertelt Bout. “Op dat moment was het nog rustig. Slechts één ander persoon, die ook veel bezig is met sterrenkijken, was al op de locatie aanwezig. En weet je wat zo mooi is? Je kijkt dan omhoog, en dan zie je meteen de Melkweg, in al haar pracht. Dat is zo mooi.”

“Ik ben al eens met een sterrenkijker op de Vismarkt gaan staan”
Eerder op de dag had Bout een oproep gedaan via sociale media, en ook via deze website, om naar de locatie te komen om samen met de sterrenkundige de Melkweg te bekijken. “Uiteindelijk kwamen er vijftien mensen op de avond af. Ik doe zulke dingen wel vaker. Dat ik spontaan ergens ga staan, en dat ik mijn kennis deel met de mensen. Ik houd van zulke acties. Ik ben bijvoorbeeld al eens spontaan met een sterrenkijker op de Vismarkt gaan staan. Dat was ontzettend leuk. Veel mensen maakten toen van de mogelijkheid gebruik om even naar het firmament te kijken. Toen ik de sterrenkijker net had neergezet, kwam er wel heel snel een politiebusje aan scheuren. Die dachten, wat gaat hier gebeuren? Maar ze hadden al snel in de gaten dat er niets aan de hand was, haha.”

“Het is een hele mooie plek”
De mensen die zondagavond naar het uitkijkpunt kwamen, kwamen onder andere uit Leeuwarden, Enschede en Franeker. “Het was een heel leuk gezelschap. Een aantal kinderen, maar ook wat oudere mensen. En wat ik dan doe, is dat ik ga vertellen. Ik wijs sterrenbeelden aan. En de mensen kunnen vragen stellen. En eigenlijk is het ook een hele mooie plek. Je hebt er banken staan, waarmee je heel prettig naar de hemel kunt kijken. Ondertussen heb je ook leuke gesprekken met mensen. Het gaat over de sterren, maar het gaat ook over koetjes en kalfjes.”

“Ik heb een band met Saturnus”
De reacties die Bout kreeg waren positief: “Mensen zijn onder de indruk. Deze plek, in de buurt van het dorp Eanjum, is één van de donkerste plekken van Nederland. De donkerste plek vind je geloof ik op Terschelling, maar daar moet je wat meer moeite voor doen, om daar te komen.” De sterrenkundige had ook een grote telescoop meegenomen. “Daarmee hebben we naar Jupiter en Saturnus gekeken, die gisteravond goed te zien waren. En dat is prachtig. Als kleine jongen zag ik op een sterrenwacht Saturnus voor het eerst. En elke keer als ik de planeet zie, ja, dan maakt me dat blij. Ik heb er een band mee. Het is zo mooi om te zien.”

“Later deze week komt de maan weer tevoorschijn”
Waarschijnlijk was het zondagavond de laatste keer dat de Melkweg deze zomer te zien was. “De Melkweg is tientallen keren per jaar te zien. Maar de omstandigheden gisteravond, en ik denk dat het ook vanavond nog wel gaat lukken, waren perfect. De komende dagen komt de maan weer tevoorschijn, en dan zie je de Melkweg niet goed meer. Daarnaast wordt er aan het einde van de week bewolking verwacht. Voor de Melkweg zijn de maanden augustus, september en oktober de beste maanden. Maar deze situatie, in combinatie met de zomervakantie, waarbij veel mensen vrij zijn, maken het wel hele geschikte momenten.”

“Je realiseert je dat je maar een heel klein onderdeeltje bent van het universum”
Het naar de hemel turen. Hoe kan het dat het zo in trek is? “Het is mooi, het is ontspannend. Als je de deur uitstapt, en je laat je ogen wennen aan de donkerte, en je ziet al die lichtjes aan de hemel, dan is daar het besef dat je als mens maar een heel klein onderdeeltje bent van het universum. Die situatie, dat plaatst alles in een perspectief. Ik kan het iedereen aanraden, om zo nu en dan eens naar boven te kijken. En als ik al die sterren zie, dan zeg ik, hallo vriendjes, daar zijn we weer. En ik vind het mooi dat mijn passie zo breed gedeeld wordt, dat er mensen speciaal naar het Lauwersmeergebied komen. Dat is tof.”