Zo zien Paas, Remkes en Schuiling voor zich hoe Nederland zijn ereschuld naar Groningen inlost

nieuws
Afbeelding van persconferentie in Nieuwspoort

Schade herstellen zonder bureaucratische rompslomp, de kloof tussen de Randstad en Groningen herstellen en investeren in de toekomst van jongeren. Dat is volgens René Paas (commissaris van de Koning), Koen Schuiling (burgemeester van Groningen) en Johan Remkes (voorzitter Nationaal Programma Groningen) de manier voor Nederland om haar ereschuld richting het aardbevingsgebied te herstellen.

Om ervoor te zorgen dat de herstelplannen voor Groningen niet uit het oog vallen na de presentatie van het eindrapport van de parlementaire enquêtecommissie, willen de drie bestuurders de voorgestelde maatregelen nu al binnen de schappelijke en politieke discussie rond laten gaan. “We willen dit moment niet verloren laten gaan”, aldus Paas. “Het rapport moet slechts een beginpunt zijn, want in rapporten kun je niet wonen. Dit rapport kan het begin zijn van een herstelgesprek met het Rijk.”

De drie bestuurders benadrukken dat er niet meteen een kant-en-klaar voorstel op tafel ligt. Geldbedragen worden dan ook niet genoemd, alhoewel Remkes stelt dat de investeringen ‘niet te vergelijken zijn’ met de winst die uit de jarenlange gaswinning werd behaald. Wel liet Remkes weten dat het om herstelplan moet gaan met een tijdspanne van ongeveer 25 jaar.

Schadeherstel zonder belemmeringen

Remkes, Paas en Schuiling beginnen met het belangrijkste punt: herstellen wat er in de afgelopen decennia is beschadigd. Schadeherstel aan huizen is daarbij onontbeerlijk. Paas richtte zich tijdens de persconferentie toe op dit punt. Daarbij was het voornaamste punt ‘vertrouwen’.

En dan met name het vertrouwen vanuit de overheid dat Groningers niet zomaar klagen over schade en deze hersteld willen zien. “Inwoners moeten de overheid altijd aan hun zijde vinden”, aldus Paas. “Ze moeten niet alleen verhaal kwijt kunnen, maar de instanties moeten inwoners ook helpen. Naast de inwoners staan. Als u zegt dat u schade heeft, dan geloven wij u. Geen zorgen hebben over of er genoeg geld is. Daarnaast moeten inwoners subsidie niet hoeven halen, maar gebracht krijgen. Want niemand in Groningen heeft een stuiver verdiend aan de gaswinning, maar de mensen leven wel in onzekerheid door die gaswinning.”

Dat geldt volgens de Commissaris der Koning niet alleen voor huizen, maar ook voor kleine ondernemers en boeren. “Er zijn veel boeren met schade, bijvoorbeeld in hun mestkelder. Dat is hopeloos voor boeren, omdat deze schade bijna niet meer te relateren is aan een aardbeving. Ook MKB-ers hebben schade. Dat is geen normaal bedrijfsrisico, zoals dat soms wordt gezien. Tegelijkertijd zien ondernemers wel hun bedrijf kapot gaan. Ook voor hen is het onrecht als ze de dupe worden van gaswinning”

Daar voegde Schuiling aan toe: “Denk ook aan het feit dat de bevingen nog doorgaan. Het wordt straks steeds moeilijker om een relatie te leggen tussen beving, schade en gaswinning. De effecten van beving gaan door.”

Aandacht voor andere problemen dan alleen fysieke schade

Koen Schuiling vertelt in zijn aandeel in de persconferentie over een tweede aspect rond het inlossen van de ereschuld aan Groningen: naast fysieke scheuren zorgde de gaswinning en de bevingen ook voor mentale scheuren: “De cohesie in dorpen staat onder druk. Er zitten ook scheuren tussen mensen. Het is goed dat dit rapport daar aandacht voor vraagt.”

Het rijk moet daarom investeren in de inwoners van Groningen en dan met name in jongeren en hun toekomst: “Jongen moeten zich veilig voelen in een aantrekkelijke omgeving om te wonen. Een generatie is opgegroeid in wantrouwen. Daarom moeten we extra investeren in onderwijs, cultuur en in sport. Dat zorgt voor gelijke kansen voor jongeren die niet in gaswinningsgebied opgroeiden.”

Daarnaast pleit Schuiling namens het drietal voor een ‘doorbraakplan’ voor mensen die lijden aan armoede, veroorzaakt door mentale problemen: “Het kan niet zo zijn dat Groningers, die wonen in een ‘energieprovincie’, energiearmoede lijden. We hebben te weinig kunnen investeren in duurzame energie. Daarom willen we dat Groningen in 2035 geen aardgas meer gebruikt.”

Daarnaast pleit Schuiling voor investeringen in het Groninger landschap en cultuur: buurthuizen, scholen, wijkcentra en culturele instellingen. “Er zitten scheuren in het landschap en het cultureel erfgoed in Groningen”, aldus Schuiling. “Denk aan de Fraylemaborg, die meermaals in de steigers moest staan. Aan de gasputten in ons landschap.”

Economisch en maatschappelijk perspectief

Remkes vervolgt daarop dat schadeherstel prioriteit nummer één moet zijn, maar dat toekomstperspectief onontbeerlijk is bij genoegdoening voor de in te lossen ereschuld. Maar volgens de NPG-voorzitter is ook op ‘economisch en maatschappelijk herstel’ noodzakelijk.  Dat vereist een langjarig committent van het Rijk, zo stelt Remkes. Want toekomstperspectief is nodig met name voor jongeren van en nu en toekomstige generaties. Volgens Remkes moeten zij perspectief hebben op werk, op verdienvermogen en een prettige woonomgeving.

En dat kan ook, stelt Remkes: “Er wordt vaak nog wel eens gedacht: Groningers zijn een beetje zielig. Maar Groningen heeft rijke economische traditie. Het is dan ook niet alleen ‘halen’, maar ook bijdragen.”

Maar om bij te kunnen dragen, moet er wel wat gebeuren, zo stelt Remkes. Het investeringsplan om van Groningen de provincie voor groene energie te maken, moet er komen. Zo kan de provincie Nederland helpen om aan haar klimaatverplichtingen te voldoen, stelt de NPG-voorman. Verder willen de bestuurders de een gegarandeerde, grootschalige aanlanding wind op zee in Groningen. “Tot de helft van alle Nederlandse windstroom moet in Groningen aanlanden”, aldus Remkes.

‘Als dit Amsterdam gebeurd was…’

Daarnaast moest bij Remkes nog iets van het hart: “Er is mij vaak gevraagd naar aanleiding van het stikstofadvies: is er echt kloof tussen Randstad en andere provincies, tussen stad en platteland. En dat gaat hier over. In Groningen heerst het gevoel dat Groningen er niet toe deed. Als dit Amsterdam gebeurd was, enzovoort. Dan hoef ik verder niks te zeggen. Dit is één van de meest indringende voorbeelden. Dit schept een langjarige verplichting voor Kabinet en Tweede Kamer, om Groningen niet verweesd achter te laten.”