Theatermakers enthousiast over extra cultuursteun van kabinet

Het kabinet gaat de cultuursector met honderden miljoenen euro’s extra een steuntje in de rug geven. Door de coronacrisis is de sector hard getroffen en daar moet verandering in komen. Goed nieuws voor jonge theatermakers.

Theatermakers David Westera en Koen van Seuren, die samen het genootschap ‘Anticlimax’ vormen, zijn blij met de steun van het kabinet. ‘Het geeft ons als makers de kans ons werk te laten zien’, aldus de twee. In 2020 studeerden ze beiden af aan de Toneelacademie in Maastricht. Op het hoogtepunt van de coronapandemie was dat een lastige tijd om het werkveld in te stromen. Vanaf 3 juni staan Westera en Seuren met hun tentoonstelling ‘Peer Gynt’ in het Grand Theatre.

Ook Niek vom Bruch, directeur van het theater, ziet dat mensen nog wat terughoudend zijn om naar het theater te gaan. ‘Dat moet doorbroken worden.’ Hij hoopt dat de subsidie van het kabinet een stap in de goede richting zal zijn.

Dit jaar wordt er 135 miljoen euro extra geïnvesteerd, de komende jaren gaat het om jaarlijks 170 miljoen euro. Een bedrag van 20 miljoen euro gaat naar startsubsidies voor nieuwe producties in podiumkunsten, 12 miljoen gaat naar Nederlandse drama-, documentaire- en animatieseries en 10 miljoen euro is voor startende kunstenaars en andere makers die door corona hun eerste stappen hebben gemist. Daarnaast wordt er 4 miljoen euro uitgetrokken voor een publiekscampagne om mensen weer naar de cultuurhuizen te krijgen.