Aantal vogels en zoogdieren in Stadspark toegenomen door minder vaak te maaien

nieuws
Foto Andor Heij: Stadspark, paviljoen

Door het gras bij de vijver in het Stadspark minder vaak te maaien is het aantal vogels en zoogdieren toegenomen. Dat blijkt uit een proef die in 2012 van start ging.

De gemeente Groningen bekijkt eens in de zeven jaar hoe het er voor staat met de natuur in de diverse gebieden in stad. In 2012 werd gestart met een proef om een brede strook langs de grote vijver in het Stadspark minder vaak te maaien. Vorig jaar is het gebied gemonitord waarbij er gekeken is welke soorten planten en dieren in het gebied voorkomen. Daaruit blijkt dat er op het gebied van bloemen, vlinders en amfibieën geen grote veranderingen zijn waargenomen. De aantallen zijn gelijk gebleven of iets afgenomen. Het aantal vogels en zoogdieren, waaronder een aantal vleermuissoorten, is echter juist toegenomen. De ijsvogel en het visdiefje, maar ook de wezel en de meer- en watervleermuis komen vaker voor.

In het rapport, waar verslag wordt gedaan van de proef, wordt gesteld dat het Stadspark voor deze soorten van grote ecologische waarde is. In het rapport worden ook een aantal aanbevelingen gedaan. Zo wordt voorgesteld om gazons later te maaien om de pinksterbloem de ruimte te geven. Ook moet de nestgelegenheid voor bosuilen en ransuilen vergroot worden en moet er een flauw talud aangelegd worden voor de ontwikkeling van libellen en amfibieën.