BBB doet mee aan raadsverkiezingen: “Dorpen voelen zich niet gehoord door het Stadhuis”

De BoerBurgerBeweging (BBB) gaat meedoen aan de gemeenteraadsverkiezingen in maart komend jaar en wil zich voornamelijk inzetten om de kloof tussen de stad en de dorpen te dichten. Lijsttrekker is de 32-jarige Wesley Kragt. Kragt legt uit waarom de BBB zich richt op de “vergeten” dorpen en waarom hij, ondanks zijn aanvankelijke aarzeling, toch de kar gaat trekken.

Wesley, wanneer is besloten om mee te doen aan de verkiezingen?
“Dat idee is een hele tijd geleden landelijk ontstaan. Wel is direct gezegd om niet direct in alle 342 gemeenten mee te doen. Het idee was om klein te starten waarbij er wel een aantal restricties werden gesteld om mee te kunnen doen. Eén van de eisen is dat in een gemeente minimaal zeven kandidaten gevonden moesten worden die op de kieslijst voor de partij willen staan. En daarnaast moest de BBB bij de Tweede Kamerverkiezingen van 2023 minimaal zeven procent van de stemmen krijgen.”

Met die zeven procent is het niet helemaal gelukt in de gemeente…
“Dat klopt. En daar zijn we over in gesprek gegaan. Groningen is wel de zesde gemeente van het land. Daarnaast is het een gemeente die enkele jaren geleden een herindeling heeft doorgemaakt waarbij twee plattelandsgemeenten en een stadsgemeente zijn samengevoegd. Dat maakt het voor ons een hele interessante gemeente. Daarop heeft het landelijk bestuur gezegd, ga het maar doen. Dus een jaar geleden zijn we begonnen met de voorbereidingen, en nu hebben we een officiële fractie, hebben we een lijsttrekker en gaan we in maart meedoen. Ik heb er ontzettend veel zin in.”

En die lijsttrekker ben jij, waarbij opvalt dat je ontzettend enthousiast klinkt. Wie is Wesley Kragt precies?
“Ik ben 32 jaar. Ik ben geboren en getogen in de wijk De Hunze en ik woon in Paddepoel. Heb ik dan geen agrarische achtergrond, hoor ik mensen denken? Nee. Niet iedereen bij BBB woont of werkt op een boerderij. De partijnaam is ook niet voor niks Boer Burger Beweging. Ruim een jaar geleden ben ik in deze trein gestapt waarbij ik op dit moment rayonhoofd ben van BBB-jong in de provincie. In het dagelijks leven werk ik in de horeca. Ik ben medewerker in een koffiezaak. Ik vind het leuk om met veel mensen te praten. Op mijn werk hoor ik wat er leeft en speelt. Het omkijken naar elkaar. Daar wilde ik wat mee doen.”

En dan word je ineens lijsttrekker…
“Haha, ja. Ik zal je eerlijk bekennen dat ik het super spannend vind. Ik ben ook helemaal niet begonnen met de inzet om lijsttrekker te worden. Op een gegeven moment, toen duidelijk werd dat we als partij mee gingen doen, toen kwam de vraag natuurlijk wel op tafel: wie wil lijsttrekker worden? Aanvankelijk dacht ik, laat mij de komende jaren in de luwte maar mooi wat ervaring opdoen. Maar je weet hoe het gaat. Het vuurtje is gaan branden. Er is enthousiasme en ik heb een groot hart voor de gemeente.”

Bij de verkiezingen richten jullie je als partij voornamelijk op de dorpen hè?
“Dat klopt. Ons verkiezingsprogramma is nog niet af. Hier wordt op dit moment de laatste hand aan gelegd. Bij de verkiezingen voor de Tweede Kamer zijn we tijdens de campagnetijd veel wezen flyeren in de dorpen, en daar kom je in gesprek met bewoners. Je ontdekt daardoor wat er leeft. En dan voelt het alsof inwoners zich niet of weinig gehoord voelen. In het stadhuis wordt er voornamelijk over de stad gesproken. En soms in een bijzin wordt Ten Boer of Haren genoemd. De mensen in de dorpen hebben het gevoel dat ze er niet bij horen. En dat kregen we ook teruggekoppeld tijdens de campagne: eindelijk politici die wel eens naar ons luisteren.”

Neemt het stadhuis de dorpen niet serieus?
“Een voorbeeld. Neem Hoogkerk. Dat is een dorp. Maar vanuit de stad wordt gedaan alsof dit een wijk is. In Hoogkerk beschouwen inwoners de communicatie, het beleid, als een soort eenrichtingsverkeer. Het dorp gaat daaronder gebukt. En dergelijke voorbeelden horen we ook in Ten Boer. Toevallig sprak ik afgelopen week in het dorp met ondernemers. Daarbij ging het over de reclamebelasting. Ondernemers vinden dat een dergelijke maatregel hen kapot maakt. Zij overwegen om het dorp te verlaten, om een aantal kilometer verderop, in Het Hogeland of Eemsdelta, verder te gaan waar ze met open armen worden ontvangen. Dit is nu een voorbeeld van beleid dat als gevolg heeft dat je het hart uit een dorp haalt: ondernemers, winkels, zijn zo belangrijk voor de leefbaarheid.”

De leefbaarheid in de dorpen op peil houden en waar nodig versterken? Dat is het belangrijkste punt in jullie verkiezingsprogramma?
“Wij willen dat de leefbaarheid in de dorpen en wijken weer op één komt te staan. We gaan ons inzetten op het behoud van dorpshuizen, scholen, sportclubs en dat zorg dichtbij geleverd wordt. We willen dat er in dorpen gebouwd gaat worden, zodat jongeren en ouderen, betaalbaar, in hun eigen dorp kunnen blijven wonen. En we willen goede verbindingen tussen de stad en de dorpen: goed openbaar vervoer, veilige wegen en aandacht voor de lokale economie. Lopen we daarmee dan weg van problemen in de stad? Absoluut niet. Afgelopen jaar hebben we de commissie- en raadsvergaderingen in het Stadhuis gevolgd. We weten wat er speelt.”

Stel dat jullie een goede campagne gaan draaien. Waar zijn jullie straks in maart tevreden mee?
“Elke zetel is winst. Zo simpel is het. We hopen op minimaal één zetel. En ik ga staan te juichen als we drie of vier zetels halen. Wij hebben er in ieder geval ontzettend veel zin in.”