Groen licht voor volgende fase in aanleg Nedersaksenlijn

Staatssecretaris Thierry Aartsen van Infrastructuur en Waterstaat heeft maandagmiddag het startbesluit getekend van de Nedersaksenlijn. Hiermee komt de aanleg van de deels nieuwe spoorlijn tussen Enschede en Groningen in de volgende fase: de MIRT-verkenning.

MIRT staat voor Meerjarenprogramma Infrastructuur, Ruimte en Transport. Bij de MIRT-verkenning wordt onderzocht of een project op het gebied van infrastructuur, ruimte en transport uitvoerbaar is. Er wordt met verschillende belanghebbenden gesproken en scenario’s worden met elkaar vergeleken, waardoor er een advies over de beste oplossing ontstaat.

De MIRT-verkenning is de tweede stap in het realiseren van een project en om hieraan te beginnen moet 75 procent van de totale financiering rond zijn. Daardoor duurde het even voordat de Nedersaksenlijn overging in deze volgende fase.

Betere bereikbaarheid

De Nedersaksenlijn moet zorgen voor een betere bereikbaarheid van Noord- en Oost-Nederland. De spoorverbinding moet Groningen, Emmen en Twente verbinden, wat betekent dat er nieuwe spoorlijnen en treinstations moeten worden gebouwd. Tussen Veendam en Stadskanaal ligt nu alleen een museumlijn; tussen Stadskanaal en Emmen is nog geen treinrails te bekennen.

Volgens staatssecretaris Aartsen is de Nedersaksenlijn ‘meer dan een spoorlijn’. Hij benadrukt dat het toekomstige traject de regio nieuwe kansen biedt. “Inwoners kunnen straks makkelijker naar school of naar een ziekenhuis en kunnen makkelijker op hun werk komen. Het gebied wordt ook aantrekkelijker voor bedrijven om zich te vestigen. En er liggen grote kansen voor woningbouw.”

En nu? 

Volgens ProRail zal de MIRT-verkenning meerdere jaren in beslag nemen. ProRail-voorman John Voppen benadrukt op de website van ProRail dat er veel belangrijke keuzes gemaakt moeten worden: “We onderzoeken bijvoorbeeld de dienstregeling, het tracé, mogelijke nieuwe stations en de impact op de omgeving. In deze startfase kijken we ook hoe we bewoners kunnen betrekken bij het proces.”

De MIRT-verkenning moet in 2028 klaar zijn. Dan moeten de betrokken partijen een plan voorleggen met de genomen beslissingen.