Groningen zou in navolging van steden als Leuven en Barcelona tot een boycot over moeten gaan van producten uit Israël en de door Israël bezette gebieden. Daar pleit een groep inwoners voor die afgelopen week door middel van een burgeragendering de gemeenteraad informeerde over hun wensen.
Een burgeragendering is een middel om als inwoner (of organisatie) een onderwerp op de agenda van de gemeenteraad te krijgen. Hiervoor moet de initiatiefnemer minimaal vijftig handtekeningen verzamelen om het verzoek in te dienen. Eén van die initiatiefnemers is voormalig SP-raadslid Wim Koks: “Wij hebben er zestig opgehaald, maar het hadden er ook honderd of een veelvoud kunnen zijn. In de petitie vragen we volksvertegenwoordigers om actie te ondernemen, door als gemeente alle producten uit Israël of de door Israël bezette gebieden te boycotten en inwoners en bedrijven op te roepen hetzelfde te doen.”
Koks vervolgt: “Ook moeten de gemeentelijke banden verbroken worden met bedrijven die handelsrelaties onderhouden met Israël en Groningse bedrijven opgeroepen worden hetzelfde te doen. Daarnaast moeten onderwijs- en culturele instellingen en sportorganisaties opgeroepen worden hun banden met Israël te verbreken en moeten ziekenhuizen aangemoedigd worden om slachtoffers van de genocide hier te gaan behandelen.”
Tekst gaat verder onder de afbeelding:
Afkeuring van ‘slappe reactie’ Den Haag
Koks, die namens een grote groep inwoners spreekt, zegt met dit verzoek te komen omdat er vanuit Den Haag ’te slap’ wordt gereageerd. “Ongeveer tachtig procent van de bevolking keurt het optreden van het Israëlische leger in Gaza en in de bezette gebieden af. In de Tweede Kamer zien we dat met steeds kleinere meerderheden er slappe oproepen worden gedaan richting premier Netanyahu van Israël. Daarom roepen wij de gemeenteraad op om het geweld en de terreur te veroordelen en om deze een politieke inhoud te geven in de vorm van een boycot.”
“De oproep is ook om deze luid en duidelijk bekend te maken, zoals Utrecht dat heeft gedaan. Daarnaast is het belangrijk om in gesprek te gaan met Joodse organisaties en instellingen. Waar we voor pleiten heeft namelijk niets te maken met antisemitisme. Als raadslid en als inwoner ben ik altijd zeer begaan geweest met de Joodse bevolking waarbij ik me onder andere heb ingezet voor de renovatie van het Joods Monument aan de Hereweg. Waar we nu voor pleit heeft louter en alleen te maken om genocide en terreur aan de kaak te stellen. Als ik beticht wordt van antisemitisme, dan werp ik dat verre van mij.”
Focus op gemeentelijk inkoopbeleid
Mendy Smook is van de boycotbeweging Apartheid Free Zone. Zij vertelt: “De gemeente Groningen heeft in de afgelopen maanden al belangrijke stappen gezet. Zo is er 140.000 euro beschikbaar gesteld voor noodhulp aan Jabalya in Gaza. Ook is er vanuit de gemeente steun geweest voor de sit-in-acties en petities en ook kleurde het gemeentehuis onlangs rood uit solidariteit met de situatie in Gaza. Waardevol, maar het is niet genoeg. Wij denken dat de gemeente meer verantwoordelijkheid kan nemen. Groningen kan ook meer doen.”
“Met deze petitie ligt er een duidelijke vraag: kijk kritisch naar je eigen inkoop- en aanbestedingsbeleid. Het zou heel mooi zijn als we Groningen vrij kunnen maken van medeplichtigheid, waarbij we zien dat er internationaal al gemeenten zijn geweest die ons voor zijn gegaan. We moeten lokaal beginnen waarmee we een wereldwijde verbetering in gang kunnen zetten.”
Maria Martinez Doubiani van D66 vraagt aan Smook of er ook iets bekend is over mogelijke samenwerkingsverbanden die er momenteel zijn. Smook: “Die hebben wij niet kunnen vinden. Maar daar zouden we naar kunnen kijken.” Jalt de Haan van het CDA: “Gaat dit over Gaza, of bedoelt u deze boycot breder?” Smook: “Wij denken dat het goed zou zijn om zoiets in te stellen voor alle landen die zich niet aan de verdragen en conventies houden.”
Humanitaire dimensie
Pieter Johan van Niekerken is van de stichting Jabalya: “Op 8 oktober was het twee jaar geleden dat de oorlog in Gaza begon. Dat was een dag na de vreselijke aanslag van Hamas. Maar kun je de oorlog in Gaza een oorlog noemen? Bij een klassieke oorlog bestoken partijen elkaar met tanks en artillerie, maar in Gaza is dat niet het geval. De frontlijn bestaat uit slaapkamers van families, universiteiten, moskeeën, ambulances en ziekenhuizen. Vrouwen, kinderen en ouderen zijn het doelwit. De oorlog in Oekraïne heeft in drie jaar tijd aan zevenhonderd kinderen het leven gekost. In Gaza zijn in twee jaar tijd 20.000 kinderen gedood. Laat die cijfers even op u inwerken.”
Van Niekerken: “Groningen heeft al 25 jaar een relatie met Jabalya. We hebben een goed contact met de Palestinian Medical Relief Society. Ze zijn ons erg dankbaar voor alle hulp die wij als gemeente geven. Maar het is niet genoeg, zo stellen zij. Er zijn acties en concrete stappen nodig om vanuit de gemeente economische en politieke druk uit te oefenen om de bezetting van Gaza, de langste in de moderne geschiedenis, te beëindigen. Een bezetting die in strijd is met het internationaal recht. Onze oproep vandaag ligt in het verlengde van de oproep van het PMRS. We moeten alles in het werk stellen om de bezetting te beëindigen. De gemeente moet dat niet alleen toepassen voor haar eigen organisatie, maar voor de hele gemeente.”
Anna-Sophie Vinke is als internist werkzaam in het UMCG, maar is ook betrokken bij Zorg Zonder Grenzen. “Bij het uitbreken van de oorlog woonden er in Gaza 2,3 miljoen inwoners. Nu zijn dat naar schatting nog 2,1 miljoen. Gaza is aan alle kanten afgesloten. Hulpverleners kunnen niet zo het gebied in. In het gebied stonden 36 ziekenhuizen. Daarvan zijn er nu nog veertien deels operationeel, maar geen enkele werkt nog volledig. Ruim negentig procent van de huizen is kapot of beschadigd. Een groot deel van de inwoners van Gaza is jong, waarbij zeker een miljoen kinderen een mentaal trauma heeft opgelopen. Wat we zien is dat juist veel kinderen geraakt worden door kogels. Ook zien we dat ambulances vernietigd worden. Gebeurtenissen die in strijd zijn met het Verdrag van Genève. Ambulances, ziekenhuizen en zorgpersoneel is neutraal en moet ten alle tijde beschermd worden.”
Vinke: “Ik krijg wel eens de vraag of ik niet neutraal moet blijven in dit conflict. Maar ik ben neutraal. Elke patiënt die tot mij komt, daar ben ik voor beschikbaar. Ongeacht wie het is, of wat diens afkomst is. Dat betekent voor mij neutraliteit. Als dat principe door de politiek belemmerd wordt, dan moet ik mij daar over uit kunnen spreken. Ik schaam mij dan ook niet hoe er door de landelijke regering gereageerd wordt op de gebeurtenissen. In het UMCG staan we klaar om slachtoffers uit Gaza op te vangen. Maar dan moeten ze wel komen.”
Koks: “Onze hoop is dat de gemeenteraad deze boycot overneemt en dat het college dit gaat concretiseren. In Marseille, in Frankrijk, hebben ze sinds enige tijd een grote vlag aan het stadhuis wapperen met daarop de tekst; ‘Pour que Gaza vive’. Zoiets zouden wij ook kunnen doen: ‘zodat Gaza leeft’.” Of de burgeragendering een politiek vervolg krijgt, is op dit moment nog onduidelijk. Dit zal komende dagen duidelijk gaan worden. Voor woensdag staat er een gemeenteraadsvergadering op het programma.