Splitsingsvariant voor De Oosterpoort zorgt voor zorgen bij culturele sector

nieuws
Foto via Gemeente Groningen

Verbazing bij culturele instellingen woensdagavond. Niemand had afgelopen voorjaar zien aankomen dat de politiek zou komen met de splitsingsvariant voor de toekomst van De Oosterpoort. Instellingen verkeren sindsdien in onduidelijkheid, terwijl ze voor de toekomst graag helderheid willen hebben omdat keuzes samenhangen met hun voortbestaan.

In de gemeenteraad vond woensdagavond een zogenaamd ‘rondetafelgesprek’ plaats. Betrokken partijen, inwoners en belanghebbenden mochten hun mening geven over de plannen van het college over de opzet van het nieuwe muziekcentrum. Die plannen stuurden lange tijd aan op een nieuw muziekcentrum nabij het Hoofdstation, waar alles onder één dak zou komen ter vervanging van de huidige Oosterpoort. Afgelopen voorjaar liet het college weten dit plan te duur en te risicovol te vinden. Daarom werd er een splitsingsvariant voorgesteld waarbij het idee is om De Oosterpoort de renoveren en om bij het Hoofdstation een nieuwe, grote popzaal met een capaciteit van 3.200 bezoekers te bouwen. De gemeenteraad moet hier nog een besluit over gaan nemen. Om tot een goed oordeel te komen vond het rondetafelgesprek plaats.

“Voor het Noord Nederlands Orkest (NNO) was de splitsingsvariant een verrassing,” vertelt directeur Liesbeth Kok. Kok begon haar betoog met een filmpje van een recent optreden op het Lowlands Festival, waar 25.000 bezoekers uit hun dak gingen op de orkestmuziek. “Het NNO zit in een flow, en die mag niet afgeremd worden. Bij eerdere scenariobesprekingen waren we nauw betrokken, maar bij het recente besluit niet. Wij zijn de hoofdgebruiker van de grote zaal en maken ons zorgen. Waar kunnen we werken als De Oosterpoort wordt gerenoveerd? Je hebt het minimaal over een transitie van een aantal concertseizoenen. Waar kunnen wij dan terecht?”

Kok vergelijkt de situatie met die van het Residentie Orkest, dat ongeveer tien jaar geleden moest verhuizen vanwege een verbouwing. “Zij hebben vier jaar op een tijdelijke locatie gespeeld. Naarmate de jaren vorderden, leerden mensen de nieuwe, tijdelijke plek kennen, maar toch ging het om een afname van twintig tot vijftig procent van de inkomsten. Met dat scenario houden wij ook rekening. Het bouwen van een muziekverzamelgebouw bij het Hoofdstation is het meest ambitieuze en onderbouwde scenario. Op dit moment verkeren wij in onzekerheid en is ons voortbestaan onduidelijk. Wij vragen dan ook om een constructief gesprek met de gemeente om duidelijkheid te krijgen.”

Jim Lo-A-Njoe van D66 legt de vinger op de zere plek door te stellen dat het NNO naast Groningen ook het orkest is voor Friesland en Drenthe. Lo-A-Njoe: “Als het NNO hier niet goed gefaciliteerd wordt, is er dan een mogelijkheid dat, binnen de gemaakte afspraken, het orkest verhuist naar een buurprovincie?” Kok: “Niets is op dit moment ondenkbaar. Wij gaan heel graag in gesprek met de gemeente en de provincie. Een eventueel vertrek uit Groningen zullen wij niet lichtzinnig overwegen. Vanuit Groningen kunnen we namelijk heel goed Friesland en Drenthe bedienen. Maar wat u zegt klopt wel, het NNO is ook het orkest voor de andere provincies.”

Zorgen van Eurosonic Noorderslag en Prins Claus Conservatorium
Een andere grote speler is Eurosonic Noorderslag (ESNS). Anna van Nunen, de directeur van ESNS: “Met het festival in januari zetten we Groningen heel stevig op de kaart. We zijn een creatieve organisatie en kunnen met heel veel scenario’s wel iets. We zijn niet een organisatie die de kont tegen de krib gooit, maar altijd bereid is om mee te denken. Maar het wringt wel. Deze splitsingsvariant is in onze ogen uiterst risicovol. We voelen ons ook niet gehoord. Het besluit is voor ons niet helder. Er wordt nu gestreefd naar het renoveren van De Oosterpoort, maar betekent dit ook dat het gebouw groter gaat worden? Tijdspaden en kosten zijn voor ons nog volledig onduidelijk.”

Wanneer De Oosterpoort wordt gerenoveerd, dient de nieuwe, grote Popzaal als wissellocatie. Van Nunen: “Wij hebben vrij weinig aan een grote zaal. Wij programmeren nieuw talent. We hebben het over artiesten die nog niet het vermogen hebben om voor vierhonderd mensen of meer op te treden. Zulk soort artiesten verdwijnen in zo’n zaal. Ons succes is te danken aan de opzet van De Oosterpoort: het ‘alles-onder-één-dak-principe’. Dat was in die tijd uniek en nog altijd is het super belangrijk dat alles bij elkaar zit. Mocht het gesplitst worden over meerdere locaties, dan zijn we bang dat mediapartners afhaken.”

Daar reageert Daan Brandenbarg van de SP op: “De geuite zorgen zijn heel begrijpelijk. Alles-onder-één-dak willen is ook duidelijk. Stel dat De Oosterpoort goed gerenoveerd wordt. Zou dat een oplossing zijn?” Van Nunen: “Onze grootste zorg is de wissellocatie. Met het renoveren, maar ook met het uitbreiden van De Oosterpoort, zouden we goed geholpen zijn. Maar die uitbreiding, zodat we meer ruimte krijgen, zien we op dit moment niet terug.”

Ingeborg Walinga, directeur van het Prins Claus Conservatorium, schrok ook toen de politiek een andere afweging maakte: “En soms is daar een goede reden voor. Maar die reden zien wij niet. De optie waar nu voor gekozen is, daar is geen uitgewerkt plan voor. Het is dan heel lastig om daar vertrouwen in te hebben. Wij hadden het gevoel dat er met de Nieuwe Poort een doordacht plan lag. Dat wordt terzijde gelegd, zonder dat er een alternatief ligt. Een wonderlijke zet. Is die ingezet door politieke keuzes of is het vanwege de liefde voor een oud gebouw?”

Volgens Walinga gaat het om de toekomst: “Neem de Spot-organisatie. Dat is een hele grote organisatie die er in Nederland met kop en schouders bovenuit steekt qua wat zij doen en bereiken. Wil je vertrouwen hebben in de toekomst van muziek, dan wil je dat zo’n organisatie daar de spil van is. De beste oplossing is één muziekgebouw, waarbij je alles bij elkaar houdt en flexibel kunt zijn.” Brandenbarg van de SP: “Het zijn politieke overwegingen geweest. Een bedrag van 500 miljoen euro vonden wij te gortig. Maar was het voor u beter geweest als we afgelopen voorjaar bij het besluit direct met een alternatief waren gekomen?” Walinga: “Als-dan-vragen zijn altijd lastig. Een grondig bestudeerd plan is terzijde geschoven. Ons grootste belang is om het niet uit elkaar te halen, maar juist de synergie in stand te houden.” Walinga geeft daarbij aan dat de muziek allang niet meer verzuild is: jazz en pop zijn geen aparte pijlers meer, waarbij de mix steeds interessanter wordt. Ook met het oog op de toekomst, waarbij AI en andere ontwikkelingen mogelijk een steeds grotere rol gaan spelen.

Economische en logistieke gevolgen
Naast de culturele kant heeft het onderwerp ook een economische uitwerking. De betrokken partijen op dat vlak zijn evenmin blij. Xandra Groenewold van het Ondernemersfonds Groningen: “Aan het recente besluit ligt een gebrekkig overleg ten grondslag. Het is versnipperd. Onze oproep is om een breed gedragen bestuurlijk overleg te initiëren waarbij iedereen aan tafel komt. Belangrijke vraag daarbij is hoe je de winkel openhoudt tijdens de renovatie van de huidige Oosterpoort. Hoe beperk je de schade? Wat mij wel heeft verbaasd is dat er na tien jaar praten gekozen wordt voor een optie die nooit op tafel heeft gelegen. En waar ik mij aan stoor is de ‘komt wel goed meisje-houding’. Wat is de impact van deze keuze? Er is geen overleg geweest met de provincie. Mijn oproep zou zijn om met de provincie om tafel te gaan zitten. En voorts zou ik de woorden ‘bezint eer gij begint’ mee willen geven.”

Eric Bos is voorzitter van de Groningen City Club. Hij vertelt dat kunst en cultuur steeds belangrijker worden voor een stad. Daarentegen wordt retail minder belangrijk als publiekstrekker. “Het is belangrijk om te investeren in levendigheid. Kunst en cultuur kunnen als een magneet dienen. Het trekt mensen aan, waarbij deze mensen een portemonnee meebrengen die de hotellerie en ondernemers wat opleveren.” Qua toekomst is Bos ook duidelijk: “Je kunt gaan voor een nieuwe popzaal. Maar waarom bouw je deze niet naast de huidige Oosterpoort, zodat je toch alles onder één dak krijgt?” Daar reageert Ietje Jacobs-Setz van de VVD op: “Daar is niet veel vrije ruimte. Wat moet er dan verdwijnen?” Bos reageert dat ze tegenwoordig erg slim zijn en gebouwen makkelijk opgeschoven kunnen worden. “Kijk naar kansen en mogelijkheden.”

Voor de Werkgroep Toegankelijk Groningen is het onderwerp aanleiding om te pleiten voor bereikbaarheid. Marlieke de Jonge: “Wanneer je iets op afstand plaatst, dan levert dat altijd ‘gezeur’ op. Om er met het openbaar vervoer te komen, kun je dan vanwege alle overstappen die nodig zijn, een volledig reisbureau beginnen. Zie bereikbaarheid niet als een bijzaak. Neem het mee als het eerste onderdeel van je programmering.” Herman in ’t Veen vult aan: “Wanneer je een oud gebouw blijft gebruiken, dan neem je ook oude ellende mee als je gaat renoveren. De huidige Oosterpoort laat qua bereikbaarheid te wensen over. Er stopt nu geen enkele bus. ‘Ga maar lopen vanaf het Hoofdstation’, is het advies. Maar dat is geen doen als je slecht ter been bent. En het is ook fijn als een rolstoelbus op het terrein kan komen.”

De meest opvallende bijdrage komt van Dirk Munk. Hij pleit voor een nieuw busstation onder de grote zaal van De Oosterpoort: “Het nieuwe Hoofdstation is gebouwd op basis van cijfers van tien jaar geleden. Toen werd er nog niet nagedacht over een Nedersaksenlijn. Als deze lijn komt, dan kunnen we de treinen van deze lijn niet ontvangen op het Hoofdstation omdat er geen ruimte beschikbaar is. Wat de oplossing is? De Nedersaksentrein op het Hoofdstation koppelen aan de trein naar Leeuwarden, waardoor beide treinstellen naar de Friese hoofdstad gaan, daarna weer terugkomen naar het Hoofdstation waarbij het Nedersaksentreinstel weer wordt afgekoppeld om door te rijden naar Emmen. Dat is toch idioot?”

Munk: “Voor de Lelylijn is al helemaal geen ruimte. Laat staan voor eventuele toekomstige internationale treinen. En wat te denken van het S-Bahn-idee dat eerder ter sprake kwam waarbij regionale treinen van Assen-Noord naar bijvoorbeeld Hoogkerk rijden. Die capaciteit kan het Hoofdstation helemaal niet aan. De enige optie is uitbreiden. Dat kan alleen aan de zuidkant. Daar ligt nu het nieuwe busstation in wording. Dat station zou ik verplaatsen naar ondergronds, onder de Oosterpoort. Op de vrijgekomen grond kunnen perrons en rails worden aangelegd.”

Alle gepresenteerde informatie nemen de raadsleden mee naar de meningsvormende sessie die volgende week woensdag 10 september op de planning staat. Dan wordt er verder gesproken over het onderwerp.