De gemeenteraad is in meerderheid positief over de sociale agenda Nij Begun. Wel hebben verschillende fracties zorgen over de uitvoerbaarheid, de betrokkenheid en de kwaliteitsbewaking.
Nij Begun werd op 23 januari tijdens een feestelijke bijeenkomst gepresenteerd. Deze sociale agenda omvat zestien maatregelen op het gebied van leefbaarheid, kansen voor kinderen, gezondheid, armoede en participatie. Hiermee wil men de brede welvaart in Groningen en Noord-Drenthe binnen één generatie op het landelijk gemiddelde brengen. Wethouder Inge Jongman (ChristenUnie) van Versterking & Herstel: “Het heeft een lange tijd geduurd om tot deze agenda te komen. Het is knap wat er in een jaar is bereikt. Het is een mooie agenda die perspectief biedt en waar een breed draagvlak voor is.”
Wethouder Inge Jongman: “Wij willen aan de slag”
De sociale agenda, die onderdeel is van een omvangrijk investeringsprogramma van 22 miljard euro voor de komende dertig jaar, is tot stand gekomen na honderden gesprekken met onder andere inwoners, zorgverleners, scholen, gemeenten, provinciebesturen en het Rijk. “Als college hebben we ingestemd met deze agenda. Nu is er de gelegenheid om hier op te reageren. Wat is goed, wat kan beter? Deze informatie wordt meegenomen in de definitieve agenda, die in maart wordt vastgesteld. Nu de agenda is vastgesteld, wil het college graag aan de slag om de plannen uit te voeren en concrete resultaten te behalen voor de regio.”
Niels Hilboesen (Stadspartij 100% voor Groningen): “Hoe gaat het geheel bewaakt worden?”
Niels Hilboesen van Stadspartij 100% voor Groningen: “Dat er veel mensen bij betrokken worden, dat vindt mijn fractie positief. Wel vragen wij ons af hoe het geheel bewaakt gaat worden. Kunnen we bijsturen tussendoor?” Elisabeth Akkerman van de VVD mist in de agenda een plan om projecten overbodig te maken. Ze vraagt zich af hoe voorkomen kan worden dat bijvoorbeeld een dorpshuis, dat dankzij Nij Begun is opgericht, na dertig jaar weer verdwijnt.
Elisabeth Akkerman (VVD): “Hoe kunnen we deze projecten uitvoeren met een te krappe arbeidsmarkt?”
En Akkerman noemt een punt dat door een groot deel van de partijen genoemd worden: de arbeidsmarkt. “Het gaat om veel projecten. Terwijl we te maken hebben met een krappe arbeidsmarkt. Hoe kunnen deze projecten uitgevoerd worden als er te weinig capaciteit op de arbeidsmarkt is?” Jalt de Haan van het CDA: “De spanning zit hem inderdaad in de uitvoering. Dat blijkt ook uit de rapporten. Is er voldoende personeel? Hebben we de mensen om alle plannen uit te voeren? Mijn partij lijkt het heel slim om, als dat niet lukt, te werken aan een plan b waarbij je maatregelen uit gaat voeren, die makkelijker te realiseren zijn.” Andere partijen, waaronder de PvdA, noemen het belangrijk om vanwege de personeelskrapte aan te sluiten bij al bestaande initiatieven.
Leendert van der Laan (Partij voor het Noorden): “Waar moet het formulier naar toe als je een barbecue wilt organiseren?”
De Partij voor het Noorden is het meest kritisch. Leendert van der Laan uit zijn zorgen over de uitvoering. “We zijn geschrokken van de uitvoeringsoperatie. Er is nog geen loket, er is nog helemaal niets. Dat doet de vraag rijzen waar de uitvoering komt te liggen, wie de uitvoeringskosten gaat betalen en hoe het zo makkelijk mogelijk gemaakt wordt. Een heel concreet voorbeeld: stel dat een wijk een barbecue wil organiseren. Waar moet het formulier naar toe om geld hiervoor aan te vragen? Dat is niet bekend. Daar ben ik wel een beetje van geschrokken. Ik vraag mij af of we niet gaan verzanden.”
“Een nachtmerrie voor ons is dat van elke euro er vijftig cent naar een uitvoeringsorganisatie gaat”
Mirjam Gietema van D66 is het niet volledig met Partij voor het Noorden eens. Zij brengt ter berde dat er keihard wordt gewerkt samen met koepelorganisatie Groninger Dorpen om juist de uitvoering zo goed mogelijk te realiseren. Van der Laan: “Wat voor ons een nachtmerrie zou zijn, is dat net als bij de versterkingsoperatie van elke euro er vijftig cent, of nog erger, naar een uitvoeringsorganisatie gaat. Daarom zeggen wij, geef dat geld aan bestaande verenigingen, aan bestaande stichtingen en geef hen het vertrouwen. Maar ga niet vanuit gemeente of provincie als een soort boekhouder controles uitoefenen. En natuurlijk zal er een keer een uitgave gedaan worden waarvan je na afloop kunt zeggen, dat was niet zo handig. So be it.”
Geen nieuwe bureaucratie optuigen
Ondanks dat uit het programma blijkt dat men aansluiting wil zoeken bij bestaande organisaties, en de uitvoeringskosten laag wil houden, roept de fractie op voor waakzaamheid. Wethouder Jongman zegt dat er geen nieuwe bureaucratie zal worden opgetuigd. Er zal worden gewerkt op basis van vertrouwen, waarbij er wel een mate van verantwoording nodig is omdat het Rijk wil dat de middelen goed besteed worden. Voor de aanvraag van een buurtbarbecue kunnen mensen terecht bij WIJ-teams.
Joren van Veen (PvdA): “Geen proefballonnetjes”
De PvdA en de ChristenUnie vinden het belangrijk dat er niet geëxperimenteerd gaat worden met proefballonnetjes. Joren van Veen van de PvdA: “We hebben het over zestien maatregelen die het verschil moeten gaan maken. Variërend van extra geld voor ontmoetingsplekken en brugfunctionarissen in het onderwijs tot een effectieve aanpak van de schuldenproblematiek en het vergroten van de mentale weerbaarheid. Voor de komende jaren willen we heel duidelijk bepalen wat we gaan doen. Daarmee willen we voorkomen dat er een projectcarrousel ontstaat met allerlei pilots en proefballonnetjes gaat ontstaan.” Rosalie van der Heide van de ChristenUnie is het daarmee eens. Ze vindt dat er geen onnodige experimenten moeten worden gedaan, maar dat er moet worden ingezet op bewezen methoden waar inwoners iets aan hebben.
Justine Jones (GroenLinks): “Snelle starten”
Student & Stad benadrukt het belang van jongerenparticipatie bij de uitvoering van de plannen. GroenLinks is blij met de plannen en wil snel aan de slag. Raadslid Justine Jones benadrukt het belang van een snelle start, zodat de ‘ereschuld’ van het kabinet kan worden ingelost en de plannen binnen de dertig jaar kunnen worden uitgevoerd.
Wethouder Inge Jongman: “Ik ben hoopvol”
Wethouder Jongman is blij met alle reacties. “Eigenlijk komen er twee zaken duidelijk naar voren. Dat is de monitoring en hoe er op tijd bijgestuurd kan worden. Niemand wil blind op de muur af gaan rijden. We gaan het monitoren. De duurzaamheidsmonitor de Staat van Groningen is daar het momentum voor. Dat is het moment om aan te geven of iets goed of niet goed gaat.” Volgens Jongman gaat het ook geen projectencarrousel worden. “Dat gaan we niet doen. Het is belangrijk om langdurig in te zetten, waarmee we goed kunnen kijken met de monitoring, of we het doel met alle zestien maatregelen behalen. We beginnen ook niet iets nieuws. We tuigen ook geen nieuwe organisatie op. Maar we sluiten aan bij bestaande initiatieven, structuren en scholen.” Jongman erkent dat er nog veel onduidelijk is over de praktische uitvoering, maar ze is hoopvol en ziet veel draagvlak voor de plannen. Ze benadrukt dat het een uitdaging is, maar dat ze er samen met de raad alles aan wil doen om de doelen te bereiken.