In de gemeente Groningen ziet 3,9 procent van de 65-plussers slecht, ook al dragen zij een bril of contactlenzen. Dat blijkt uit onderzoek van Independer op basis van cijfers van het CBS en het RIVM.
Het gaat om ouderen die moeite hebben met dagelijkse dingen. Ze kunnen bijvoorbeeld kleine letters in de krant niet goed lezen of gezichten op vier meter afstand niet herkennen, ondanks een bril of lenzen. Volgens de onderzoekers wachten mensen met weinig geld vaker te lang met het vervangen van hun bril of lenzen. Dat kan leiden tot blijvende problemen met zien, vooral op latere leeftijd.
Binnen de gemeente zijn de verschillen groot. In de Vogelbuurt heeft 9,7 procent van de ouderen problemen met zien. In Paddepoel-Noord had 9,6 procent van de 65-plussers slecht zicht, terwijl dit in Piccardthof slechts 1,2 procent was. In Ruscherwaard is dat juist het laagst, met 0,8 procent.
Ook in de rest van de provincie Groningen komt het probleem veel voor. In Oldambt ervaart 5,2 procent van de 65-plussers een beperking in zien. Dat is het hoogste percentage van alle Groningse gemeenten. Daarna volgen Pekela en Stadskanaal, waar beide 4,5 procent van de ouderen slecht ziet. In Het Hogeland gaat het om 4,2 procent en in Eemsdelta om 4 procent.
Landelijk ziet 6,3 procent van de 65-plussers slecht ondanks een bril of lenzen. Uit het onderzoek blijkt dat geld daarbij een belangrijke rol speelt. Mensen met een laag inkomen hebben bijna vier keer zo vaak problemen met hun zicht als mensen uit de hoogste welvaartsgroep. In de laagste groep geeft 5,9 procent aan slecht te zien, tegenover 1,5 procent in de hoogste groep.