De VVD maakt zich zorgen over de strenge regels voor horecaterrassen in de binnenstad. Volgens de partij beperken de huidige voorschriften de vrijheid van ondernemers en zorgen ze voor eenheidsworst in de stad.
Uit de Groningse beleidsregels voor horecaterrassen en met name de terrasregels voor de Grote Markt blijkt volgens de raadsfractie dat ondernemers moeten voldoen aan regels die wel heel specifiek zijn. Zo mogen ondernemers op zogenaamde ‘eilandterrassen’ geen loungebanken en statafels neerzetten en mogen parasols alleen in gemeentelijke putten worden geplaatst. Zelfs de kleuren van de terrassen liggen vast.
“De kleuren zijn beperkt tot specifieke RAL-tinten”, schrijft VVD-fractievoorzitter Ietje Jacobs-Setz aan het college. “Dit soort dingen leiden tot eenheidsworst in de binnenstad. Het doet afbreuk aan de diversiteit en levendigheid die Groningen juist zo aantrekkelijk maken.”
De VVD wijst naar steden als Utrecht, Haarlem en Maastricht, waar horecaondernemers veel meer vrijheid zouden hebben rond de terrassen. “Daar zien we dat meer vrijheid in terrasuitstraling juist zorgt voor een sfeervoller en bruisender stadsbeeld”, vervolgt Jacobs. “Dat kan dus, zonder dat dit ten koste gaat van de kwaliteit van de openbare ruimte.”
De partij wil daarom dat het college de regels versoepelt en dat ondernemers meer vrijheid krijgen. Als het aan de VVD ligt, gaat de gemeente daarover in gesprek met horecaondernemers en belangenorganisaties als Koninklijke Horeca Nederland. “Zo kunnen we gezamenlijk komen tot een terrasbeleid, waarbij de ondernemer primair verantwoordelijk is voor de keuze van zijn meubilair”, besluit Jacobs. “Zo komt er een einde aan de betutteling.”
