“Doen we niets, dan komt de kwaliteit van het onderwijs dusdanig onder druk te staan dat ze de positie van ons land als kennisland ondermijnen.” In de aanloop naar de Tweede Kamerverkiezingen spreekt OOG met verschillende organisaties over de situatie in hun sector. Vandaag spreken we met Hayo Bohlken van onderwijsvakbond AOb.
Hayo, het eerste deel van het schooljaar zit erop met de start van de herfstvakantie. Hoe blik je terug op de afgelopen weken?
“Het is behoorlijk onrustig. Dat zien we met name in het hbo en het wetenschappelijk onderwijs. Door de bezuinigingen van het huidige kabinet vinden daar al reorganisaties op faculteiten plaats en wordt er gesneden in banen. Dit speelt bijvoorbeeld op de RUG en de Hanze. Wat we van onze leden horen, is dat het op de werkvloer onrustig is. In het voortgezet onderwijs vinden op dit moment cao-onderhandelingen plaats waarbij het laatste nieuws is, dat de huidige cao stilzwijgend verlengd wordt en er voor 1 november geen nieuwe cao is te verwachten. In het mbo en in het primair onderwijs, dat zijn de basisscholen, daar is het wat rustiger, maar daar liggen óók problemen op de loer.”
Je verwijst naar het huidige kabinet. Dat, inmiddels demissionaire kabinet, heeft zijn sporen achtergelaten?
“Klopt, ondanks dat het kabinet maar een jaar missionair is geweest. En is dat een verrassing? Nee, we wisten bij de start van het kabinet hoe partijen als de PVV en de BBB tegen de wetenschap aankijken. Deze partijen zijn geen groot voorstander van het hoger onderwijs. Als vakbond vinden we dat jammer. De maatschappij is namelijk gebaat bij goed onafhankelijk onderwijs. Dat zit in ons dna. Het is belangrijk om studenten praktisch en theoretisch te scholen, waardoor ze vanuit de kennis die ze tot zich krijgen kritisch mee kunnen denken over actuele thema’s. Onafhankelijk en goed onderwijs is in die zin een pijler binnen een democratie. En dat staat wel onder druk. Ik moet bijvoorbeeld even denken aan docent Harry Pettit van de Radboud Universiteit in Nijmegen. Huidig demissionair minister van Onderwijs Gouke Moes (BBB) zei vorige week dat hij wil dat de werkgever van Pettit aangifte tegen de docent gaat doen. Afgezien van de zaak, vinden wij het als vakbond heel kwalijk dat een kabinet zich op deze manier met onderwijs bezighoudt. Daarmee wordt er gemorreld aan de academische vrijheid.”
Tijdens Prinsjesdag werd bekend dat kabinet Schoof het onderwijs achterlaat met ruim 1,3 miljard euro aan structurele bezuinigingen. Hoe groot is de schade?
“Het volledige plaatje, daar hebben we op dit moment geen goed zicht op. Wat we zien en horen is dat er met name in het hbo en de wo, en dan hebben we het in het Noorden over de RUG, de Hanze en Stenden, dat hier ontslaggolven plaatsvinden. Vaak gaat het om jonge wetenschappers die vertrekken. En wanneer zij vertrekken, dan keren ze ook het onderwijs de rug toe. Ze gaan aan de slag op andere posities in het werkveld. Daarmee schaad je de onderzoeken die op dit niveau plaatsvinden. Wat we zien is dat ze later ook niet terugkeren naar het onderwijs, als je langer dan een jaar uit het onderwijs bent, dan ben je uit het systeem.”
Tekst gaat verder onder de foto‘s:


Nederland is van oudsher een land dat internationaal goed op de kaart staat qua onderwijs. Niet voor niets komen veel internationale studenten naar ons land om hier te studeren. Hoe gevaarlijk is dit?
“Ik denk dat je rustig kunt zeggen dat onze internationale positie in gevaar is. Doordat er minder geld binnenkomt moet er geschrapt en gesneden worden. Dat zorgt binnen het onderwijs voor druk. Als vakbond krijgen we dagelijks berichten binnen van leden. De zorgen zijn groot. Als bonden nemen we dit serieus. We hebben ook al verschillende acties gevoerd. En de hoop is natuurlijk dat een nieuw kabinet het over een andere boeg gaat gooien. Aan de andere kant: wat je wegsnijdt, is niet zomaar weer gerepareerd.”
Hoe gaat het in het voortgezet onderwijs?
“In het vo zien we de gevolgen van het verdwijnen van de NPO-gelden. Deze gelden, een steunprogramma van de Rijksoverheid, werden in 2021 gestart met als doel om leerachterstanden en sociaal-emotionele problemen weg te werken. Het ging om een bedrag van ongeveer 820 euro per leerling. Het kabinet heeft besloten dat dit wordt afgebouwd, en we zien daardoor dat er harde klappen vallen. Er wordt door scholen in het voortgezet onderwijs gereorganiseerd en tijdelijke contracten worden niet verlengd. We zien dit bijvoorbeeld gebeuren in Zuid-Drenthe waar momenteel veel tijdelijke contracten worden ontbonden. Maar ook in de stad, bij het christelijke onderwijs, waar bezuinigd moet worden, speelt dit probleem. Dat de NPO-gelden niet verlengd zouden worden, dat wist iedereen, maar het zorgt wel voor een hele grote financiële uitdaging.”
Afgelopen week meldde EenVandaag dat na amper een maand in het nieuwe schooljaar 67 procent van de ouders van kinderen in het voortgezet onderwijs te maken kreeg met lesuitval. De problemen spelen met name in de bovenbouw. Is dat ook een gevolg van het verdwijnen van de NPO-gelden?
“Dat heeft er wel mee te maken. Doordat tijdelijke contracten verdwijnen zie je dat roosters ingedikt worden. Wat bedoel ik daarmee? Dat er minder mensen beschikbaar zijn voor hetzelfde aantal lessen. Dat maakt de situatie heel krap, waardoor je tegenvallers niet kunt opvangen. Het piept en kraakt op alle fronten. En daarbij moeten we ook in acht nemen dat we nog te maken gaan krijgen met een lerarentekort in het vo. Als we ons oor te luister leggen bij lerarenopleidingen op Stenden en Windesheim, dan zie je dat het aantal studenten dat kiest voor een lerarenopleiding terugloopt. Terwijl nieuwe leraren welkom zijn om de vergrijzing op te vangen. Het probleem speelt met name bij de lerarenopleidingen Frans en Duits en de -kundevakken. Op het primair onderwijs gaat het op dit vlak beter, waarbij de basisscholen in steden makkelijker aan meesters en juffen kunnen komen dan de dorpsscholen in het ommeland.”
De afgelopen jaren hebben we vaker met je gesproken. Dit specifieke probleem, het tekort aan docenten is vaker genoemd. Is het vervelend dat dit nóg niet is opgelost?
“Ik denk dat je dit in een breder verband moet zien. Er is in ons land arbeidsmarktkrapte. Er is volgens mij geen enkele sector te denken waar ze wel makkelijk aan personeel kunnen komen. Het is een veel groter probleem, dat ook het onderwijs treft. En je hebt gelijk dat dit probleem bij het onderwijs al heel wat jaren speelt. Omdat het al langer speelt is het vet op de botten verdwenen. Dit zal tot uiting komen bij de eerstvolgende griepgolf. Het is niet de vraag of deze golf komt, maar wanneer. Op zulke momenten zul je zien dat er klassen naar huis moeten worden gestuurd omdat er onvoldoende onderwijzend personeel aanwezig is.”
Nu mogen we over tien dagen naar het stembureau om een hokje rood te maken. Wat is jullie hoop als vakbond?
“Wij hopen dat er een minister op het onderwijsdepartement komt die een visie heeft. Die echt weet en begrijpt wat het lerarentekort betekent en hoe deze opgelost kan worden. Met voormalig minister Dennis Wiersma (VVD), die tot de zomer van 2023 werkzaam was, hadden we die minister. Toen is er inhoudelijk echt goed aan de weg getimmerd. Sindsdien zijn er bewindslieden aangetreden die eigenlijk enkel en alleen op de winkel hebben gepast en waarbij het ontbrak aan visie. Eén van de belangrijke opgaven is het bedenken van goede plannen, waarbij wij als vakbond zeggen, om de lerarentekorten op te lossen, moeten we af van de flexbanen. We moeten toe naar een systeem van vaste banen. Dit komt de sociale veiligheid op scholen ook ten goede, omdat docenten langer aan een school verbonden zijn. Er zijn minder wisselingen, wat het voor leerlingen duidelijker en prettiger maakt.”
De verkiezingscampagne nadert zo langzamerhand de eindfase. Is er wat jou betreft in de debatten voldoende aandacht geweest voor het onderwijs?
“Nee. Het onderwerp komt wel terug in de verkiezingsprogramma’s van de partijen. Maar als je het puur over de debatten hebt, dan komt het daar niet in naar voren. Ik vraag mij ook een beetje af wat de debatten toevoegen. Ik houd ervan om onderwerpen inhoudelijk te bespreken. Maar wat je ziet is dat bij de debatten extremen tegenover elkaar worden gezet. Volt gaat in debat met Forum voor Democratie. BBB wordt tegenover D66 gezet. Daardoor accentueer je hoe groot de verschillen zijn tussen de partijen. Eigenlijk zou het veel interessanter zijn om D66 in debat te laten gaan met GroenLinks. Wat zijn de verschillen tussen deze partijen op het gebied van onderwijs? Wat willen ze doen? Dat je daardoor inhoudelijke debatten krijgt die het onderwijs rechtdoen en waarmee je ook de kiezer goede informatie geeft.”
Wat zou je kiezers en politici mee willen geven?
“Dat ze zich goed moeten beseffen welke problemen ze kunnen oplossen. Nederland is gebaat bij een goede kenniseconomie. We hebben in dit land problemen op grote thema’s: wonen, stikstof. Problemen die opgelost kunnen worden door mensen die praktisch zijn of hoogopgeleid zijn, die er met een frisse blik naar kijken. Bezuinigen op onderwijs brengt uiteindelijk het hele land schade toe. Onderwijs is in die zin een sleutel tot diverse oplossingen. Zonder onderwijs zullen er geen academici klaargestoomd worden die na gaan denken over de klimaat- of stikstofcrisis. En zullen er op de mbo’s ook geen specialisten opgeleid worden die in staat zijn om aardbevingsbestendige huizen te bouwen.”
Het is nog tien dagen tot de verkiezingen. Gaan jullie als AOb nog actie voeren?
“Nee. In het noorden trekken we naar de scholen. Niet om stemadviezen te geven, maar puur om het gesprek aan te gaan. En ik hoop, mede ook door deze aandacht, dat er in de aanstaande debatten nog aandacht komt voor de belangrijke rol die het onderwijs heeft. Onderwijs doet ertoe in ons land.”
Volg al het lokale nieuws over de Tweede Kamerverkiezingen via groningenkiest.nl.