In de Oranjebuurt is dinsdag onder grote belangstelling een gedenkteken onthuld dat herinnert aan de treinramp in 1950 waarbij zes kinderen om het leven kwamen, dit jaar precies 75 jaar geleden. Het monument kwam er op initiatief van een voormalige wijkbewoonster die aan de bel trok bij WIJ Groningen.
“Het gedenkteken is heel mooi geworden,” vertelt mevrouw Scholtens, die het initiatief nam. “Het is een heel mooi teken geworden, in de vorm van spoorrails. Op de plaquette staat een gedicht. Persoonlijk hou ik van poëzie, dus ik ben hier heel blij mee.” Het idee ontstond tijdens de coronaperiode. “Het was een tijd dat je weinig kon. Ik verveelde me en ik dacht: ik ga mijn herinneringen opschrijven. Ik ben geboren in de Oranjebuurt, maar woon inmiddels al een hele tijd in Zwolle. Als je dan gaat schrijven, kom je vanzelf bij het treinongeluk terecht.”
Tekst gaat verder onder het kader:
Treinramp Oranjebuurt
De ramp gebeurde op de zomerse zaterdagmiddag van 12 augustus 1950. Twaalf kinderen speelden in de schaduw van een net gemetselde muur bij groenteveiling De Eendracht, vlak naast het spoor. Op dat moment raakte een rangerende trein een hekwerk. Door de klap viel de muur om, recht op de spelende kinderen. Zes van hen overleden: Jan (8), Klaas (7), Reinie (4), Dirk (9), Willem (6) en Piet (14). Zes anderen raakten gewond.
“Op die plek mocht ik niet spelen”
Scholtens werd in 1950 geboren, een aantal dagen na het ongeluk: “Tijdens mijn jeugd is de gebeurtenis altijd een ding geweest. Mijn moeder verbood mij, en andere vriendjes, om op deze plek te spelen. Zij vond die plek heel eng. In de wijk werd er ook over gesproken. Inmiddels woon ik al een hele tijd niet meer in Groningen, maar ik kom hier nog wel regelmatig. Ik heb mij er altijd over verbaasd dat er geen teken was. Toen dacht ik: ik stuur een brief waarin ik dit idee opper. En dit is het resultaat. Het is ook belangrijk. Dagelijks fietsen veel mensen langs deze plek. Heel veel mensen weten niet wat hier in 1950 is gebeurd, terwijl ik vind dat dit verhaal niet in de vergetelheid mag raken.”
“Onderwerp leeft nog duidelijk in de wijk”
De brief van Scholtens kwam terecht bij Afsaneh Moghadam van WIJ Groningen. “De brief kreeg ik ruim een halfjaar geleden onder ogen. Ondanks dat ik al een aantal jaar in deze wijk werk, wist ik niet dat dit hier vroeger is gebeurd. Terwijl het onderwerp nog altijd heel erg belangrijk is. Bij de onthulling waren zojuist tussen de drie- en vierhonderd mensen aanwezig. Nabestaanden keken met tranen in hun ogen toe. En dat is ook wat ik voelde bij de onthulling: het verdriet, het gevoel van gemis, de pijn, en nu eindelijk ook de erkenning. Het onderwerp leeft nog heel duidelijk in de wijk. En nu is er een plek waar daarbij stilgestaan kan worden.”
Tekst gaat verder onder de foto’s:
“Er werd gezegd: ‘het was een leuk kereltje'”
Ook Klaas van der Molen, een van de nabestaanden, hield het niet droog. “Ik heb mijn broertje niet gekend,” vertelt Van der Molen. “Zijn naam was Willem Klaas. En mijn naam is Klaas Willem. Toen ik jong was, werd er niet over gesproken. Ja, er werd weleens gezegd dat het een ‘leuk kereltje’ was. Maar dat was het. Thuis was het verstikkend en benauwend. Regelmatig werd ik ‘uitbesteed’ aan ooms en tantes, die ook veel kinderen hadden. Daar bloeide ik helemaal op. Voor de toespraak van vanmiddag had ik niets op papier gezet. Expres niet. Vooraf maakte ik me al wat zorgen, en ja, dan is het moment daar en lukt het niet om het helemaal zonder tranen te vertellen.”
“Rouwmomenten werden weggestopt”
Dat er nu pas een gedenkteken is, is vreemd maar wel begrijpelijk volgens Van der Molen. “Het was in 1950 een gigantische ramp in de wijk. Er overlijden zes kinderen. Eigenlijk had er direct actie ondernomen moeten worden en had er een monument moeten komen. Maar de tijdgeest, hè. De dag na de ramp hield men de gordijnen dicht. En de dag daarna moest men door. Het leven ging verder en rouwmomenten werden zo snel en zoveel mogelijk weggestopt. Er was geen tijd en ruimte om erbij stil te staan.”
Het onderwerp maakt indruk op burgemeester Roelien Kamminga (VVD). “Je merkt aan de toespraken hoe bijzonder en belangrijk dit is. Het gaat niet alleen om de kinderen die om het leven zijn gekomen, maar ook om de families die het heeft geraakt. De komst van dit gedenkteken heeft 75 jaar geduurd. Zoals meneer Van der Molen ook vertelde, werd er in die tijd heel anders naar dergelijke gebeurtenissen gekeken. Het was: doorgaan, we hebben het er niet over. Dat de onthulling vandaag plaatsvindt, is wat laat, maar het is er nu wel.”
Van der Molen besluit: “Het is heel mooi dat dit van de grond is gekomen. De geschiedenis wordt met dit monument tastbaar gemaakt, waardoor ook mensen die het niet hebben meegemaakt hier kennis van kunnen nemen. Het is belangrijk dat we weten hoe onze geschiedenis eruitziet en wat er vroeger is gebeurd.”
Verslaggever Ecco van Oosterhout maakte eerder een reportage over het onderwerp: