De KEI-week is een drukke periode voor zowel de eerstejaarsstudenten, hun KEI-ouders, als het KEI-bestuur. Studenten, studie en studentensportverenigingen proberen zich allemaal te profileren om nieuwe leden aan te trekken. Wij keken één dag mee met de Groningse Studenten Volleybal Vereniging Donitas, om te zien hoe het is om tijdens de KEI-week nieuwe leden te werven.
We liepen een dag mee met Naomi Huisman, voorzitter van de KEI-commissie van Donitas. Zelf speelt ze al acht jaar bij de vereniging en gunt iedereen een net zo mooie studententijd bij de volleyballers als zijzelf. “We proberen iedereen die interesse toont een plekje te geven bij de vereniging. Maar je hebt te maken met verschillende posities en niveaus van spelers. Dan moet er net ruimte voor jou zijn.”
De KEI-week is voor Donitas een belangrijke periode, de meeste nieuwe leden worden in deze week geworven. “Sommige mensen hebben zich al eerder aangemeld via een interesseformulier op onze website. Toch halen we tijdens deze week de meeste nieuwe leden binnen, vooral bij de mannen.”
KEI-Parade
Traditiegetrouw vindt de KEI-parade op de dinsdag plaats, een optocht waarbij alle verenigingen met een eigen kar een vaste route door de stad rijden. De kar moet aan verschillende regels voldoen om deel te mogen nemen. Vlak voor de start voldeed de kar van Donitas nog niet aan alle eisen. “We hadden nog wat dingen los op de kar staan, deze moesten strakker worden vastgezet.” Toen dit eenmaal gedaan was, mocht de kar van start. “Als je als vereniging laat zien hoe leuk en enthousiast je bent, dan worden de eerstejaars ook enthousiast voor jouw vereniging”, aldus Huisman.
Op woensdag staat Naomi op Sportplaza, georganiseerd op de ACLO. Hier heeft Donitas een eigen kraampje waar geïnteresseerde studenten langslopen voor een praatje en zich kunnen aanmelden voor de instuiftraining op vrijdag. “Tijdens de instuiftraining kijken we naar het niveau van de spelers. Als we nog een plekje hebben op hun positie en niveau, krijgen ze een uitnodiging om bij de vereniging te komen.”