Een berg oplopen om daarmee geld op te halen, zodat er onderzoek gedaan kan worden naar de chronische ziekte MS. De 16-jarige Taco van Hoorn uit de stad beklimt op maandag 9 juni de Mont Ventoux. Maar hoe is dit zo gekomen en hoe bereidt hij zich voor?
Taco, hoe is dit op je pad gekomen?
“Het wordt vanuit school georganiseerd. Ik zit in de vierde klas van het vwo op het CSG Augustinus. Een tijd geleden was er een bijeenkomst op school waarbij er verteld werd over ‘Klimmen tegen MS’. Een leraar vertelde dat een vriend van hem tien jaar geleden gediagnosticeerd werd met de ziekte. Dat was de reden om dit project te beginnen. Leerlingen uit de vierde en vijfde klas mogen hieraan meedoen. Toen ik het hoorde dacht ik: dat lijkt me wel wat. Het is een ontzettend goed doel om je voor in te zetten. Daarnaast houd ik heel erg van wandelen, dus ik heb mij aangemeld en onlangs hoorde ik dat ik na loting ben geselecteerd.”
Wat heb je met wandelen?
“Ik vind het fantastisch. En ik doe het al heel wat jaren. Toen ik 8 jaar oud was, heb ik samen met mijn moeder en mijn zusje het Pieterpad gelopen. Elke dag liepen we 20 tot 25 kilometer. We hebben het opgesplitst in etappes waarbij we ’s nachts in een tentje op een camping sliepen. Door zo’n route te lopen zie je Nederland op een hele andere manier. Vorig jaar heb ik het Pieterpad nogmaals gelopen, maar nu andersom. Beide keren was het heel mooi, maar als je het andersom loopt, zie je weer hele andere perspectieven.”
Het Pieterpad is een zogeheten langeafstandswandeling (LAW). Heb je nog meer van zulke tochten ondernomen?
“Ik heb het Trekvogelpad van Bergen aan Zee tot aan Enschede gelopen. Dit wordt ook wel het Pieterpad-overdwars genoemd. Ook heb ik het Groot Friesland Pad gelopen. Deze wandeling over 362 kilometer start ook in Bergen aan Zee en finisht in het Duitse Leer. En ook het Hondsrugpad, het Friese Woudenpad en het Westerkwartierpluspad heb ik inmiddels voltooid. En weet je wat zo leuk is? Dat zijn de verschillende omgevingen. Bij een bepaalde etappe loop je in de weilanden, maar vrij snel daarna kun je ineens midden in de bossen zitten. En wat heel leuk is, is het sociale aspect. Je komt mensen tegen, waarbij er snel en makkelijk gesprekjes op gang komen. Meestal laat ik mijn moeder deze gesprekjes doen, maar het is heel leuk om de levensverhalen van mensen te horen.”
Tekst gaat verder onder de foto:

De Mont Ventoux is wel andere koek. Wat weet je over deze berg?
“Ik heb mij uiteraard goed ingelezen voor ik aan dit avontuur begon. Het is natuurlijk wel handig om te weten welke berg ik ga beklimmen. En dan zie je de foto’s, en dan zie je een kale berg met grind en veel asfalt. Er is weinig beschutting tegen de zon en wind, dus ik ga sowieso zonnebrandcrème en petjes meenemen ter bescherming.”
Kun je voor zoiets trainen?
“Ik denk dat trainen essentieel is. Ik zal je eerlijk vertellen dat ik geen ster ben in biologie, maar ik weet wel dat je bij het beklimmen van een berg hele andere spieren gebruikt dan wanneer je vlak loopt. Wat we gedaan hebben, is dat we een bezoek gebracht hebben aan de Lemelerberg in Overijssel. Daar heb ik een goede training kunnen doen. Het was ook de bedoeling om de VAM-berg in Drenthe te bezoeken, maar dit gaat helaas niet door. Daarnaast staat Tecklenburg in het Duitse Münsterland nog op het programma. Je kunt daar een heel mooi rondje van 20 kilometer lopen met forse hoogteverschillen.”
Straks op 9 juni vindt het plaats. Hoe gaat deze periode eruitzien?
“We vertrekken op 4 juni. In een aantal bussen rijden we vanuit Groningen naar Frankrijk. Dit is een reis van achttien uur. Daar hebben we een kamp waarbij er ruimte is om nog wat te trainen, maar ook om elkaar te leren kennen. De groep bestaat uit zo’n veertig deelnemers. Een deel gaat wandelen, maar er is ook een fietsgroep. En op 9 juni gaan we dan inderdaad de berg op.”
Ik ken de Mont Ventoux van de Tour de France, waarbij renners in juli in een snikheet Frankrijk die kale berg, met die opmerkelijke toren op de top, beklimmen. Over die warmte gesproken: is dat ook één van je angsten?
“Goh, angst? Nee. Ik heb zelf geen angst. Ik heb zelf etappes in Brabant gelopen waarbij we onder tropische omstandigheden 40 kilometer op een dag liepen. Waarbij er ook geen beschutting was. Dat was taai. Maar ik heb het overleefd. Ik zit hier nog. Wat ik al zei: petjes en zonnebrand is belangrijk. Het is de ene voet voor de andere zetten en gaan. Gelukkig hoeven we ook niet terug te lopen. Als we boven zijn worden we opgehaald met busjes die ons weer naar het kamp brengen.”
Ondertussen kunnen mensen jou sponsoren, hè?
“Ik wil zoveel mogelijk geld ophalen, zodat er meer onderzoek naar MS gedaan kan worden. Op dit moment zit ik al op een bedrag van 245 euro. Ik heb minimaal 500 euro nodig om hieraan deel te kunnen nemen. Maar ik wil eigenlijk nog veel meer ophalen. Het zou toch fantastisch zijn om een groot bedrag op te halen, zodat we vroeg of laat MS als een ziekte kunnen beschouwen die niet meer bestaat?”
Hoe kunnen mensen je helpen en ga je zelf ook actie ondernemen?
“Ik heb een pagina waar mensen geld kunnen doneren. Die vind je hier. Daarnaast wil ik een rondje maken door de buurt waarbij ik aan buren ga vertellen wat ik ga doen. Ook wil ik wat filmpjes gaan maken die ik wil gaan plaatsen op sociale media. Hopelijk zijn de algoritmes mij goed gezind en beland ik in de tijdlijn van veel mensen, zodat dit ook iets gaat bewerkstelligen. En mogelijk ga ik nog op zoek naar sponsoren.”
Heel veel succes gewenst!
“Dankjewel! En ik kom sowieso nog bij jullie op de lijn om te vertellen over de avonturen die ik in Frankrijk heb beleefd.”