Op de Zuiderbegraafplaats vond zaterdagmiddag een rondleiding plaats langs verschillende graven van verzetsstrijders die in de Tweede Wereldoorlog om het leven zijn gekomen. Volgens stadsgids Henk Bakker trok de rondleiding veel belangstelling.
“Voor een rondleiding als deze is er altijd wel animo”, vertelt Bakker. “Het is alleen de kunst om wat je organiseert bij de mensen onder de aandacht te brengen. Dat ze weten wat er plaats gaat vinden. Voor de editie van deze zaterdag is dat goed gelukt. We hadden 25 mensen die deelgenomen hebben aan de rondleiding. De jongsten waren in de twintig. Bijzonder was de aanwezigheid van drie nabestaanden van slachtoffers die op de begraafplaats rusten. Zij deelden hun persoonlijke verhalen, wat de rondleiding zeer indringend maakte.”
Verzetsstrijders die in de oorlog zijn doodgeschoten
Sinds 2020 is er op de begraafplaats een monument te vinden met daarop de namen van 21 verzetsstrijders die aanvankelijk op het terrein begraven hebben gelegen. Drie van hen zijn uiteindelijk op verzoek van nabestaanden overgebracht naar de Erebegraafplaats bij Loenen. “Tijdens de rondleiding hebben we zestien graven aangedaan”, vertelt Bakker verder. “Het gaat om verzetsstrijders die in de oorlog zijn doodgeschoten. Je kunt langs alle graven gaan, maar dan wordt het voor zo’n rondleiding teveel. Het zijn tenslotte ook best wel verhalen die indruk maken.”
Arend Albert van Essen
Eén van de graven die aangedaan werd is die van Arend Albert van Essen, geboren in 1890, omgekomen in 1944. “Mijn overgrootvader werkte als machinist op een houtfabriek aan het Winschoterdiep”, vertelde Arend van Essen vorig jaar aan OOG. “Op die fabriek verborg mijn overgrootvader wapens. Op een gegeven moment is er verraad in het spel geweest. Op 25 september 1944 is er vanuit het Scholtenhuis door een aantal Duitsers en Nederlanders een tocht door de stad gemaakt en zijn er verschillende mensen geliquideerd.” Van Essen was één van hen. Tot op heden is nog altijd onduidelijk wie hem verraden heeft.
“Macht corrumpeert”
Wat opvalt is dat veel van de verzetsstrijders in 1944 en 1945 zijn vermoord. Naarmate de oorlog vorderde werd het verzet groter en omvangrijker. Maar volgens Bakker is dat niet de enige reden. “Wat je ziet is dat macht corrumpeert. En dat door het verloop van de oorlog de bezetter steeds sadistischer werd. Een soort vrij brief dat je maar je gang kon gaan.” Waar Groningen in april 1945 werd bevrijd, konden delen van Zuid-Nederland in de herfst van 1944 al de vlag uitsteken. Na Dolle Dinsdag arriveerden in het Noorden beestmensen die niets ontziend te werk gingen.
Dokkum
Bakker: “Een goed voorbeeld is wat er zich in Dokkum heeft afgespeeld. In de buurt van Dokkum wist het verzet een aantal arrestanten te bevrijden. De Duitse bezetter was zo woedend dat er opdracht is gegeven om te stad te bombarderen. Uiteindelijk is dit van hogerhand tegengehouden.” Dat de belangstelling zaterdag groot was heeft volgens de stadsgids ook te maken met het jubileumjaar. “Het is tachtig jaar geleden. Een rond getal. Maar ik denk ook dat de situatie in de wereld mee speelt: de oorlog in Oekraïne en Gaza. De beelden die we zien. Ik noemde het platschieten van Dokkum. Toen ik dat vanmiddag vertelde, toen merkte ik aan het publiek dat ze hier een beeld bij hadden.”
Verslaggever Robin Eggens maakte vorig jaar een reportage over de rondleiding op de Zuiderbegraafplaats: