Staatssecretaris komt niet met nieuwe regeling voor vermogensschade ondernemers in bevingsgebied

nieuws

Ondernemers in Groningen krijgen geen extra regeling voor vermogensschade door de gaswinning. Dat laat staatssecretaris Eddie van Marum weten in een brief aan de Tweede Kamer. Volgens hem is een aparte regeling niet nodig.

Van Marum reageert daarmee op een aangenomen motie van Groningse Kamerleden Julian Bushof (PvdA) en Sandra Beckerman (SP), die vroegen om zo’n regeling te onderzoeken. Hij heeft dit samen met het Instituut Mijnbouwschade Groningen (IMG) uitgevoerd. Er zijn volgens Van Marum al genoeg bestaande mogelijkheden voor ondernemers om schade te melden.

Er zijn drie soorten vermogensschade: omzetverlies, verlies van goodwill (zoals klanten en reputatie), en waardedaling van het bedrijfspand. Voor omzetverlies en goodwill kunnen ondernemers nu al een aanvraag doen bij het IMG, stelt Van Marum.  Ze moeten wel zelf bewijzen dat de schade door de gaswinning komt. Dat is vaak lastig, stelt Van Marum. Volgens de staatssecretaris is vaak lastig te meten of aardbevingen een sterke merknaam, een groot klantenbestand, een goede reputatie en unieke producten of deskundigheid hebben verpest.

Voor waardedaling van een pand is er al een algemene regeling, stelt de staatssecretaris. Die is volgens Van Marummakkelijker toe te passen, omdat de schade beter te meten is, bijvoorbeeld via de WOZ-waarde. Ook kunnen ondernemers schade melden als gevolg van het versterken van gebouwen en vanaf 12 mei kunnen kleine ondernemers subsidie aanvragen voor investeringen in hun bedrijf.

Voor verdere uitvoering van de strekking van de motie wil de staatssecretaris zich richten op persoonlijke hulp voor ondernemers, besluit Van Marum. De BBB-bewindsman bekijkt nog of er binnen de regels van staatssteun meer mogelijk is. “Ik wil de aandacht verleggen van onmogelijkheden naar de mogelijkheden”, besluit Van Marum in zijn brief aan de Tweede Kamer. “Welke ruimte er is, bijvoorbeeld op basis van vrijstellingen, verschilt per regeling en vorm van
ondersteuning. Dat zal niet voor iedere individuele situatie een oplossing bieden.”