Nazaat claimt ruim drie ton van gemeente Groningen voor voormalige burgemeesterswoning

Hubert van Blankenstein, een kleinzoon van een Joods echtpaar wier woning in de Tweede Wereldoorlog werd geroofd en doorverkocht, heeft een schadeclaim van 328.600 euro ingediend bij de gemeente Groningen. Dat meldt het KRO-NCRV programma Pointer. De claim dient als vergoeding voor de manier waarop de gemeente na de oorlog met de woning van zijn grootouders is omgesprongen.

Volgens Van Blankenstein wijst alles erop dat Jan Tuin (burgemeester van Groningen tussen 1951 en 1965) het huis graag voor zichzelf wilde hebben als ambtswoning. Daarom zou Tuin er alles aan hebben gedaan om de woning, gelegen aan de Kamplaan 8 in de Villabuurt, niet terug te laten geven aan zijn moeder. Jeanette Serphos (de moeder van Van Blankenstein) was de enige overlevende nazaat van Hugo en Henriette Serphos-Menko, de eigenaren van de woning voor de oorlog.

De woning kwam na de oorlog in het bezit van het Nederlandse Beheerinstituut, die woning onteigende van NSB’er Fokke Beenker, een oorlogskoper. De woning kwam in 1951 wel weer in handen van de familie, maar de huurder (Gerard Comello) mocht in het huis blijven wonen (dit was bij wet geregeld). Volgens Van Blankenstein wilde de familie van zijn grootouders wel weer zelf in het huis gaan wonen, zodra Comello vertrok. Maar volgens Van Blankenstein zorgde Jan Tuin er vervolgens voor dat Comello uit de woning vertrok. Maar de familie zou onder druk zijn gezet om, in ruil voor het vretrek van Comello, de woning aan Tuin te verhuren en het vervolgens aan de gemeente Groningen te verkopen.

De gemeente Groningen stelt in contact te staan met Van Blankenstein over zijn verzoek op rechtsherstel. Vorig jaar deed de gemeente Groningen onderzoek naar de manier waarop in Groningen werd omgesprongen met onteigend Joods vastgoed. Daarin werd ook de woning aan de Kamplaan kort beschreven en uiteengezet hoe de gemeente tegen de kwestie aankeek in de vijftiger jaren. De gemeente gaat, naar aanleiding van de claim van Van Blankenstein, ook contact opnemen met de onderzoekers om de onderste steen boven te krijgen. Tot dat dit nieuwe onderzoek is afgerond, reageert de gemeente niet inhoudelijk op de kwestie.