Henk Nijboer benoemd als kwartiermaker sociale agenda

Samen met inwoners, organisaties en overheden aangegeven hoe een generatie lang geïnvesteerd moet worden in brede welvaart in Groningen en Noord-Drenthe. Dat wordt één van de nieuwe taken van vertrekkend PvdA-Kamerlid Henk Nijboer.

Kwartiermaker

De Stadjer is benoemd tot kwartiermaker ‘sociale agenda’ door de Groninger en Noord-Drentse gemeenten, de waterschappen, de provincie Groningen en het Rijk. Nijboer gaat als procesregisseur en verbinder aan de slag om met de regio tot een gemeenschappelijke sociale agenda te komen. Die moet de toekomst van inwoners van Groningen en Noord-Drenthe de komende dertig jaar structureel verbeteren, onder meer op het gebied van (mentale) gezondheid, leefbaarheid, kansen voor kinderen, het verminderen van armoede en werkgelegenheid.

Daarnaast wordt Nijboer ‘bewaker’ van de samenhang tussen deze agenda met het schadeherstel en de versterking in het aardbevingsgebied, met de economische agenda die binnenkort start en met Nationaal Programma Groningen.

Nieuwe baan na dertien jaar in de Tweede Kamer

Nijboer was de afgelopen dertien jaar lid van de Tweede Kamer voor de Partij van de Arbeid. De Stadjer maakte zich hier regelmatig hard voor Groningen in het gasdossier. Nijboer besloot, voorafgaand aan de afgelopen verkiezingen, niet terug te keren op de kieslijst voor zijn partij. Dat deed Nijboer, omdat hij niet geloofde in de politieke koers van combinatiefractie van PvdA en GroenLinks.

“De situatie in onze regio gaat me aan het hart,” besluit Nijboer na zijn aanstelling als kwartiermaker. “Ik wil me samen met inwoners en maatschappelijke organisaties in Groningen en Noord-Drenthe inzetten voor een stevige aanpak om armoede en onderwijsachterstanden te verkleinen en de leefbaarheid en gezondheid te verbeteren. Daar zet ik heel graag mijn schouders onder.”

‘Belangrijke opdracht’

Gedeputeerde Susan Top, voorzitter van de aanstellingscommissie voor de functie, laat weten vertrouwen te hebben in Nijboer als kwartiermaker: “Hij is goed bekend met de situatie in het gebied, weet wat er leeft bij de mensen en heeft een groot netwerk in Groningen en Den Haag. Dit zijn stuk voor stuk belangrijke elementen om deze belangrijke opdracht goed te kunnen uitvoeren.”