Wethouder Broeksma wil dat Den Haag portemonnee trekt om busvervoer op peil te houden

Niet de gemeente, niet de provincie, maar het Rijk moet de portemonnee trekken om het busvervoer in Stad en Ommeland op peil te houden. Dat liet wethouder Phillip Broeksma (GroenLinks) van Verkeer woensdagavond weten aan de gemeenteraad.

In de gemeenteraad werd gesproken over de busdienstregeling in het nieuwe jaar. Het Rijk wil de beschikbaarheidsvergoeding in december van dit jaar laten vervallen. De beschikbaarheidsvergoeding werd in het leven geroepen tijdens de coronaperiode. Het Rijk trok extra geld uit om bussen en treinen maar zoveel mogelijk te laten rijden, zodat mensen met essentiële beroepen toch op hun werk konden geraken. Nu het steunpakket gaat verdwijnen, en ondanks de versoepelingen veel reizigers nog niet met het openbaar vervoer reizen, wordt verwacht dat er dertig procent minder bussen kunnen rijden in de nieuwe dienstregeling.

“We moeten juist het openbaar vervoer aantrekkelijk maken”
Het op peil houden van de huidige dienstregeling betekent een kostenpost van ongeveer 900.000 euro. Het verhogen van de buskaartjes is volgens verschillende partijen geen optie. Raadslid Wesley Pechler van de Partij voor de Dieren: “Nu de brandstofprijzen hoog zijn, moeten we juist het openbaar vervoer aantrekkelijk maken.” Ook andere partijen voelen er niks voor om de tarieven te verhogen. Ook het schrappen van buslijnen en -ritten zien partijen niet zitten. Raadslid Yaneth Menger van Stadspartij 100% voor Groningen: “Als je een buslijn laat verdwijnen, dan zal deze nooit terug keren.”

“Het kost tijd voor alle reizigers weer de bus gevonden hebben”
Volgens wethouder Broeksma is er maar één oplossing en dat is dat het Rijk de portemonnee gaat trekken. Dat de gemeente en de provincie de 900.000 euro op tafel leggen, dat gaat niet lukken, of het moet ten koste gaan van andere investeringen. Daarom richt Broeksma zich tot de staatssecretaris: “U moet bijpassen. Het kost tijd voor alle reizigers de bus weer gevonden hebben, weer teruggekeerd zijn.” De wethouder hoopt dat partijen in de Tweede Kamer zich hier sterk voor gaan maken.