Partij voor de Dieren wil andere verhuisplek voor beschermde diersoorten Suikerterrein

De Statenfractie van de Partij voor de Dieren is het niet eens met de plannen van de gemeente Groningen om een nieuwe, grote plas te graven in weilanden bij Hoogkerk. Hier moeten futen en meervleermuizen naartoe verhuizen, omdat de er huizen gebouwd gaan worden op hun oude woonplaats op het Suikerterrein.

De graslanden die gebruikt gaan worden voor de nieuwe plas, zijn volgens de fractie een belangrijk broedgebied voor de grutto, de kievit, de scholekster, de kluut en de tureluur. De gemeente en de provincie mogen de leefgebieden van verschillende diersoorten niet zomaar in elkaar schuiven, zo stelt Statenlid Ankie Voerman: “Nu hebben we eindelijk een plek waar de grutto zich wél succesvol staande weet te houden, dan moet je dat gebied niet gaan vernietigen door een enorm meer aan te leggen waar grutto’s en andere weidevogels niets aan hebben. Wij vinden dat geen zorgvuldige omgang met de beschermde dieren.”

De Partij voor de Dieren wil daarom dat de gemeente en de provincie eerst onderzoekt of er alternatieven zijn voor deze plannen. Ook wil de fractie advies inwinnen bij de Vleermuiswerkgroep Groningen, want volgens de PvdD ontbreken bij Hoogkerk luwte en voldoende schuilplaatsen voor deze dieren.

Zodra de geplande bouw van woningen ook begint in het zuidelijke deel van het Suikerterrein (nu een tijdelijke natuurcompensatiegebied), worden de dieren ook hier weer verjaagd, zo stelt de fractie. Voerman: “Er kan niet eindeloos worden geschoven met compensatienatuur. Dieren en planten hebben rust en continuïteit nodig om tot stevige populaties uit te kunnen groeien.”